Verschillen
Dit geeft de verschillen weer tussen de geselecteerde revisie en de huidige revisie van de pagina.
baggerwerken [2015/11/05 23:36] |
baggerwerken [2015/11/23 10:48] |
||
---|---|---|---|
Regel 11: | Regel 11: | ||
- | De slappe veenbodem van de waterrijke Zaanstreek heeft bij voortduring genoodzaakt tot het uitbaggeren van de vaarwegen. Baggermaatschappijen van enige omvang zijn echter niet ontstaan. In de verschillende polders waren de ingelanden van oudsher verplicht de sloten te schonen en op diepte te houden. Al te diep baggeren was hier ongewenst, omdat er geboomd moest kunnen worden. De platte schuiten (pramen) | + | De slappe veenbodem van de waterrijke Zaanstreek heeft bij voortduring genoodzaakt tot het uitbaggeren van de vaarwegen. Baggermaatschappijen van enige omvang zijn echter niet ontstaan. In de verschillende polders waren de ingelanden van oudsher verplicht de sloten te schonen en op diepte te houden. Al te diep baggeren was hier ongewenst, omdat er geboomd moest kunnen worden. De platte schuiten (pramen) |
Was de betrekkelijke ondiepte van de ' | Was de betrekkelijke ondiepte van de ' | ||
Regel 29: | Regel 29: | ||
=== Ondergang scheepsbouw === | === Ondergang scheepsbouw === | ||
- | De ondergang van de Zaandamse scheepsbouw in de tweede helft van de 18e eeuw moet gedeeltelijk verklaard worden uit het feit dat de vaarweg naar het IJ te ondiep was. In hetzelfde jaar 1735 namen particulieren het initiatief de Voorzaan te doen uitbaggeren. Een diepte van tenminste twaalf voet met een geulbreedte van negentig tot honderd voet (voor laverende zeilschepen is dat eigenlijk zeer weinig) werd noodzakelijk geacht. Baggeren met de beugel was vrijwel onmogelijk; voorgesteld werd een moddermolen' | + | De ondergang van de Zaandamse scheepsbouw in de tweede helft van de 18e eeuw moet gedeeltelijk verklaard worden uit het feit dat de vaarweg naar het IJ te ondiep was. In hetzelfde jaar 1735 namen particulieren het initiatief de Voorzaan te doen uitbaggeren. Een diepte van tenminste twaalf voet met een geulbreedte van negentig tot honderd voet (voor laverende zeilschepen is dat eigenlijk zeer weinig) werd noodzakelijk geacht. Baggeren met de beugel was vrijwel onmogelijk; voorgesteld werd een moddermolen' |
Het uitbaggeren van de Voorzaan begon in 1737 en heeft enkele jaren geduurd. Het vervoer en het lossen van de bagger was echter zo kostbaar dat de dorpskassen dit absoluut niet konden dragen. Een grote moeilijkheid was bovendien dat het werk weinig effect sorteerde: het bodemslik vloeide al na betrekkelijk korte tijd in de geul. In 1781 moest de Voorzaan opnieuw hoognodig gebaggerd worden. De kosten werden opgebracht door onder meer belasting op in Zaandam gebouwde of gekalefaterde schepen en verhoging van de sluisgelden. Bovendien waren kooplieden en scheepsbouwers bereid drie jaren achtereen f 5150 bij te dragen. Het werk werd uitgevoerd, maar in 1801 verklaarde het bestuur van Zaandam alweer dat// veeltijds de schepen niet dan bij de hoogste vloeden en met veele moeite en zware kosten naar het IJ kunnen vervoerd worden.'// | Het uitbaggeren van de Voorzaan begon in 1737 en heeft enkele jaren geduurd. Het vervoer en het lossen van de bagger was echter zo kostbaar dat de dorpskassen dit absoluut niet konden dragen. Een grote moeilijkheid was bovendien dat het werk weinig effect sorteerde: het bodemslik vloeide al na betrekkelijk korte tijd in de geul. In 1781 moest de Voorzaan opnieuw hoognodig gebaggerd worden. De kosten werden opgebracht door onder meer belasting op in Zaandam gebouwde of gekalefaterde schepen en verhoging van de sluisgelden. Bovendien waren kooplieden en scheepsbouwers bereid drie jaren achtereen f 5150 bij te dragen. Het werk werd uitgevoerd, maar in 1801 verklaarde het bestuur van Zaandam alweer dat// veeltijds de schepen niet dan bij de hoogste vloeden en met veele moeite en zware kosten naar het IJ kunnen vervoerd worden.'// |