balkenvlotten

1. De dikwijls zeer lange en brede vlotten, samengesteld uit verschillende lagen boomstammen, die vanuit Duitsland (Elzas, Zwarte Woud, Main en Neckar) via de Rijn onder meer naar de Zaanstreek werden vervoerd ter verwerking in de houtzagerijen. Deze vlotten waren het grootst in de 18e eeuw en bevatten toen soms tot ongeveer 18.000 kubieke meter hout, terwijl er bemanningen tot 500 koppen voorkwamen. Nadat ze met de stroom mee ons land hadden bereikt, werden ze in kleinere vlotten (toch nog van respectabele omvang) gesplitst, die vervolgens naar bijvoorbeeld Amsterdam, Dordrecht en de Voorzaanplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigVoorzaan

Het deel van de Zaan tussen het Eiland, de Prins Hendrikkade en de sluis te Zaandam, met andere woorden: het deel van de Zaan vóór de Dam. In het verleden maakte ook het huidige Zijkanaal G. deel uit van de Voorzaan, die toen direct in verbinding stond met het IJ en nabij het Ooster- en Wester-
werden gevaren.

2. De kleinere vlotten van boomstammen voor vervoer naar de molens (en de latere machinale zagerijen). Deze vlotten hadden vaak een dikte van drie lagen en konden ook vrij lang zijn (de lengte werd eventueel beperkt door die van de te passeren sluizen). Ze werden door bedreven arbeiders (balkenvlotters) met de vaarboom door de Zaan en de sloten in het veld naar de plaats van bestemming gebracht. Aanvankelijk werden ze samengesteld in de Zaandamse haven en na het gereedkomen van het Noordhollands Kanaalplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigNoordhollands Kanaal

Buiten de Zaanstreek gelegen, in 1824 voltooid, kanaal dat Amsterdam via Purmerend met Den Helder verbindt en een lengte van 78.5 kilometer heeft. Bij de aanleg, bedoeld om de hoofdstad een vaarweg naar de Noordzee te geven toen de toegang tot het IJ steeds meer was verzand, is zoveel mogelijk gebruik gemaakt van bestaande waterwegen.
lange tijd in het Kogerpolderkanaalplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigKogerpolder

Polder ten noorden van de Zaanstreek.

Ofschoon de Kogerpolder geen deel van de Zaanstreek uitmaakt, wordt deze hier genoemd in verband met het door de Kanaal en Zaanverbinding Maatschappij aangelegde Koger Polder-kanaal.

waterweg
tegenover West-Graftdijk. Na de aanleg van het Noordzeekanaal en, in Zaandam, de Nieuwe Zeehaven werden de flensvlotten daar gevormd.

Sommige houtsoorten (bijvoorbeeld eiken, iepen en beuken) hadden geen drijfvermogen. Deze zogenoemde zinkers werden in de vlotten gecombineerd met dikke dennenstammen, die wél een groot drijfvermogen hadden. De vlotten werden bijeengehouden door 'poepestokken', dwars op de balkrichting en met zweden (grote handgesmede spijkers) vastgezette koppelstokken. Door het verdwijnen van de zaagindustrieplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigHoutzagerij

Het zagen van hout in Houtzaagmolens en later in stoomhoutzagerijen. De Zaanse familiebedrijven in het houtvak hielden zich zowel met de handelskant als met de zagerij bezig; de ontwikkeling van de Zaanse houtzagerij is daardoor niet los te zien van de Zaanse
(het hout wordt al sinds lang in de oorsprongslanden gezaagd) zijn de balkenvlotten volledig tot het verleden gaan behoren.

3. Het voortbewegen en manoeuvreren van de kleinere vlotten met behulp van vaarbomen. Er waren destijds ettelijke balkenvlotters. Hun werk werd gaandeweg door sleepvaartuigen overgenomen.

  • /home/zaanwiki/domains/zaanwiki.nl/private_html/encyclopedie/data/pages/balkenvlotten.txt
  • Laatst gewijzigd: 2020/09/07 12:09
  • (Externe bewerking)