Bescherming Bevolking (BB)
Organisatie ter ongewapende bescherming van de bevolking, in de Zaanstreek ingesteld per 1 januari 1953, ontbonden in 1986. Bescherming Bevolking ontstond na en als reactie op de Tweede Wereldoorlog.
Tijdens de oorlog was duidelijk geworden dat bijvoorbeeld bij luchtaanvallen ook de burgerbevolking aan gevaren kon zijn blootgesteld. Daarom werd er grote waarde gehecht aan de instelling van een goed georganiseerde bevolkingsbescherming, die onder buitengewone omstandigheden levensreddend zou kunnen werken.
Mede onder invloed van de na de oorlog snel toenemende internationale politieke spanningen tussen Oost en West werd in 1950 onder supervisie van de Minister van Binnenlandse Zaken een commissie gevormd, die de opdracht kreeg een plan op te stellen om tot een organisatie ter ongewapende bescherming van de bevolking op nationaal, regionaal en gemeentelijk niveau te komen.
Op 28 januari 1952 werd begonnen met de opbouw van de door de commissie voorgestelde organisatie, waarbij de Commissarissen der Koningin een coördinerende taak kregen. Er werd een indeling in gebieden gemaakt, waarbij de A-gebieden werden benoemd als de zwaarste risicogebieden. De Zaanstreek werd beschouwd als zo'n A-gebied. De gemeenten Assendelft, Koog, Krommenie, Zaandam, Zaandijk, Westzaan en Wormer gingen op 1 januari 1953 een gemeenschappelijke regeling aan waarmee de A-kring Zaanstreek een feit was.
Het bestuur van de BB werd gevormd door de kringraad waarin de burgemeesters van de deelnemende gemeenten zitting hadden; voorzitter was de burgemeester van Zaandam. De bestuurlijke vestigingsplaats werd het gemeentehuis van Zaandam. Het personeel bestond uit een Hoofd Bescherming Bevolking en zeven beroepskrachten voor zowel administratieve als operationele taken. Daarnaast bestond de organisatie uit vrijwilligers, zoals leden van de vrijwillige brandweer, gemeentefunctionarissen en aangewezen noodwachters.
In 1954 was de gewenste sterkte van 3150 personen bereikt. De Bescherming Bevolking kreeg de volgende taken: coördineren van rampbestrijding; instellen van een verbindingsdienst waarvoor een commandopost te Westzaan werd ingericht; deze was gereed in 1957; redden van slachtoffers; organiseren van geneeskundige aangelegenheden; organiseren van atomaire, biologische en chemische bescherming; sociale verzorging; bedrijfszelfbescherming.
De BB kreeg een kantoor in de Kerkstraat te Zaandijk, later verplaatst naar Lagedijk 43 te Zaandijk en magazijnen in de Jan Bestevaerstraat te Koog. Financiële middelen werden door het rijk volgens normbedragen per inwoner en aard van risicogebied verstrekt. Eventuele tekorten dienden door de deelnemende gemeenten te worden aangevuld. De opleiding en oefening van de noodwachters kostte veel tijd en bleek op langere termijn weinig effectief.
Na de invoering van de noodwachtplicht in 1960 waardoor militairen en buitengewoon dienstplichtigen zonder mobilisatiebestemming tot BB-activiteiten konden worden opgeroepen namen veel vrijwilligers ontslag. Op 31 mei 1961 werden de gemeenschappelijke regelingen van Zaanstreek en Waterland ontbonden en per 1 juni werd de nieuwe regeling onder de naam A-kring Noord-Holland C Zaanstreek-Waterland aangegaan. De organisatie bleef op dezelfde locaties gehuisvest. De sterkte van het beroepspersoneel werd op 16 personen gebracht. De organisatie kampte met vele moeilijkheden.
De na 1960 bij de dienst betrokken militairen en buitengewoon dienstplichtigen bleken voor de BB-taken moeilijk te motiveren; het publiek zag de BB als een oorlogsorganisatie, die bij rampen in vredestijd te omslachtig was om adequaat te kunnen opereren en die daarnaast bij een atomaire oorlogsdreiging weinig praktisch nut zou hebben.
In het midden van de jaren '70 werd besloten de BB als organisatie op te heffen en de taken bij de inmiddels grotendeels geregionaliseerde brandweer onder te brengen. In de brandweerwet van 1 maart 1985 werd de brandweer aangewezen als speerpuntorganisatie bij de rampbestrijding onder gewone én onder buitengewone omstandigheden.
De hiervoor benodigde gelden en materialen werden door het Rijk ter beschikking gesteld. Via de intrekkingswet van 1 juli 1986 werd de BB ontbonden. Het door verloop in de laatste jaren al gereduceerde beroepspersoneel vond bijna geheel een plaats bij de brandweerorganisatie in Zaanstreek en Waterland. M. Ruiter