bon

Verschillen

Dit geeft de verschillen weer tussen de geselecteerde revisie en de huidige revisie van de pagina.

Link naar deze vergelijking

Volgende revisie Beide kanten volgende revisie
bon [2015/10/13 14:04]
127.0.0.1 Externe bewerking
bon [2015/11/30 15:47]
gast
Regel 1: Regel 1:
 ==== Bon ==== ==== Bon ====
-Verouderde uitdrukkingook in de streektaal, voor een deel van een kast. Voordat in de 17e en 18e eeuw de eenpaneelskastenwaarachter legplanken waren aangebrachtin zwang kwamenbestonden kasten meestal uit drie tot zes afzonderlijke delenelk met een deurtje afgesloten. ln een 16eeeuwse inventaris staat bijvoorbeeld vermeld: “spijntgen. hangende in het voorhuys, waarin een bovenste boneen middelste bon en een onderste bon` (Hoorn1593). In een andere inventaris (Leiden1616) is sprake van een linnenkast met zes bonnen. In Zaanse boedelinventan'ssen werden deze bonnenin de zin van vakken in kastenook regelmatig genoemd: wellicht door de betrokkenheid met de scheep\ aart werden ze soms naar de windstreken onderscheiden: `een Wester- en een Oosterbonalsmede een onderbon en een uithaa1` (Oostzaan1708). Met 'bon` werd dus een deel van een groter geheel aangeduid. Zo waren ook de steden verdeeld in bonnendat wil zeggen wijken. Dr. GJ. Boekenoogen vermeldde in “De Zaanse Volltstaal` dat een deel van een dijk of een polder en een houten looppad door het land eveneens als bon bekend stonden.    De bv Oliefactorij Pieter Bon Czn. werd op 16januari 1752 opgericht door de toen 38-jarige Teunis Cornelisz. Bon. Bij de Zaanse molens kocht hij vaten met olie, die hij met drie zeilschepen ('t Jagt. 't Varken en Walta) naar Amsterdam vervoerde. Wanneer de verkoopprijzen te laag waren, werd de olie opgeslagen in “bakhuizen ` in de Zaanstreek en Amsterdam. Latere generaties Bon brachten de stoomboot Olievos in de vaart, destijds een zeer bekend schip in de streek, In 1912 kwam het bedrijf in handen van Pieter Bon Czn.. die zich zakelijk zeer actief betoonde. In de oorlog 1914-` 18 vertrouwde de overheid hem de opslag van de schaarse (en aan distributie en vergunningen gebonden) raapen lijnolie toe. Daarna breidde hij het aantal (motor)tankschepen uit tot vijf (begin 1940). Door oorlogshandelingen en confiscatie gingen enkele ervan daarna verloren, De naoorlogse periode kenmerkte zich enerzijds door groei, anderzijds door aanpassingen aan de gewijzigde marktbehoeften. Vandaar dat het bedrijf zich mede ging richten op het vervoer van chemische stoffen, niet alleen per schip. maar ook per rail met ketelwagons, alsmede op de verhuur en reiniging van deze transportmiddelen.    Bij Pieter Bon Czn. waren in 1991 15 medewerkers in dienst. +Verouderde uitdrukkingook in de streektaal, voor een deel van een kast. Voordat in de 17e en 18e eeuw de eenpaneelskastenwaarachter legplanken waren aangebrachtin zwang kwamenbestonden kasten meestal uit drie tot zes afzonderlijke delenelk met een deurtje afgesloten. ln een 16e-eeuwse inventaris staat bijvoorbeeld vermeld: “spijntgen. hangende in het voorhuys, waarin een bovenste boneen middelste bon en een onderste bon` (Hoorn1593). In een andere inventaris (Leiden1616) is sprake van een linnenkast met zes bonnen. In Zaanse boedelinventarisssen werden deze bonnenin de zin van vakken in kastenook regelmatig genoemd: wellicht door de betrokkenheid met de scheepvaart werden ze soms naar de windstreken onderscheiden: `een Wester- en een Oosterbonalsmede een onderbon en een uithaa1` (Oostzaan1708). Met 'bon` werd dus een deel van een groter geheel aangeduid. Zo waren ook de steden verdeeld in bonnendat wil zeggen wijken. Dr. G.J. Boekenoogen vermeldde in “'De Zaanse Volkstaal` dat een deel van een dijk of een polder en een houten looppad door het land eveneens als bon bekend stonden.     
 + 
  • /home/zaanwiki/domains/zaanwiki.nl/private_html/encyclopedie/data/pages/bon.txt
  • Laatst gewijzigd: 2020/09/07 12:05
  • (Externe bewerking)