botenmakersstraat

No renderer 'pdf' found for mode 'pdf'

Straat in Westzaandam ten zuiden van het Wijnkanspad, eerder Botenmakerspad en Jan Voogtenpad geheten.

De naam Botenmaker komt van Floris Jansz. Botenmaker, bewoner van het pad, die voor het eerst genoemd wordt in een akte uit 1645 als hij een huis koopt op het Voochtenpad. De naam Voogtenpad is lastig te koppelen aan een bewoner van het pad aangezien er meerdere personen met deze 'achternaam' genoemd worden op dit pad.

Het padreglementplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigPadgemeenschappen en -reglementen

In de Zaanstreek is in het verleden door de bewoners van vele paden een zogenoemde padgemeenschap gesticht met het oog op gezamenlijke belangen en plichten. Deze padgemeenschappen zijn er in vele gevallen toe overgegaan de gemaakte afspraken notarieel vast te leggen. Hiermee werden op een voor Holland unieke manier gedragsregels vastgelegd waaraan alle bewoners van het pad zich moesten houden. Vermoedelijk waren notariële bewonersovereenkomsten elders onbekend.…
van het Botenmakerspad is van 12 augustus 1718. Vijf jaar, op 25 april 1723 wordt een nieuw padreglement opgesteld, ditmaal op naam van het Voogtenpad. Waarschijnlijk is er eerder al een padreglement geweest van het Voogtenpad want in 1660 verkoopt Dirk Jacobsz. Vooght een wagenschotmolenplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigWagenschotzagerij

Onderdeel van de houtzagerij, waarbij men zich toelegde op het zagen van wagenschot, een fijn soort eikehout dat werd gebruikt als wandbekleding in interieurs. Ook wagenmakers gebruikten wagenschot, maar de naam is mogelijk een verbastering van “weeg' ('wand'). Wagenschotzagerij werd uitgevoerd in
met erf op het Vooghtenpad. Van toepassing is de ordre van het pad.

Aan het westelijk uiteinde bij de Vaartplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigVaart, De

Gegraven vaarweg in westelijk Zaandam, evenwijdig aan de Zaan. De Vaart had een lengte van meer dan 2 km en liep van de voormalige Jaap Haversluis in de Hogendijk in noordelijke richting door tot de Mallegatsloot op de grens van Zaandam en Koog.

Het vaarwater was onder meer van belang voor houttransport naar bijvoorbeeld de houthandels
stond eertijds een traankokerijplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigTraankokerij

Als nevenbedrijf van de walvisvaart is de traankokerij in de 17e en 18e eeuw een belangrijke bedrijfstak in de Zaanlanden geweest. Over het aantal traankokerijen, waar het walvisspek werd gezied (gekookt), bestaat geen zekerheid. Hoewel doorgaans een getal van maximaal 21 bedrijven wordt aangehouden, zijn het er mogelijk meer geweest, wellicht ongeveer 30. Zeven daarvan waren in Jisp (en Oostknollendam), Oostzaan had er eveneens 7,
. Deze wordt al in 1700 genoemd in een verzoek aan Schout en Schepenen van burgemeester Claes Arentsz. om een tweede traanketel te mogen plaatsen op het erf tussen de molen (de Grauwe Haas) van Jacob Cornelis Schoen en Pieter Jacobsz. Schoen.

In 1902 werd de Botenmakersstraat door een brug over de Vaart verbonden met de pas gebouwde Emmastraat, waarbij men ontdekte dat de straten niet in elkaars verlengde lagen.

  • /home/zaanwiki/domains/zaanwiki.nl/private_html/encyclopedie/data/pages/botenmakersstraat.txt
  • Laatst gewijzigd: 2020/09/07 12:06
  • (Externe bewerking)