Werkvoorziening volgens de Wet Sociale Werkvoorziening (1969), die tot doel heeft werkgelegenheid te bieden aan personen die vanwege een handicap niet aan het arbeidsproces deel kunnen nemen; in de Zaanstreek ondergebracht bij de Dienst Sociale Werkvoorziening Zaanstreek, een dienst van gemeente Zaanstad, maar werkzaam voor de hele streek. Jisp, Oostzaan en Wormer dragen bij naar rato van het aantal uit hun gemeente geplaatste personen.

De sociale werkvoorziening deed in de Zaanstreek haar intrede in 1932 toen de Vereniging Nazorg voor de Zaanstreek werd opgericht. Deze vereniging richtte te Koog een werkplaats in voor 'geestelijk onvolwaardigen'. Met tien jongens en meisjes, afkomstig uit de Zaanstreek, werd begonnen met de productie van stoelmatten, vloermatten en borstels. De werkplaats werd in 1945 naar Zaandam verplaatst. Het aantal tewerkgestelden nam nadien toe en de vereniging ontving gemeentelijke subsidie. In 1955 werd de werkplaats aanvaard als gemeentelijke sociale werkvoorziening; de vereniging Nazorg droeg de werkplaats, inventaris en reserves aan de gemeente over.

Vanaf 1935 functioneerde de Stichting Het Zaanse Brokkenhuis. Hier werden vooral oude mannen tewerkgesteld die tweedehands goederen en oud papier ophaalden. De tweedehands artikelen werden weggegeven of voor en schijntje verkocht. Het oude papier werd gesorteerd en verkocht. Voorts ontving de stichting subsidie. In 1940 werd Het Zaanse Brokkenhuis opgeheven. Op 3 mei 1940 werd de Stichting Practische Hulp opgericht die tot doel had 'het exploiteren van een tehuis voor daklozen, de maatschappelijke verheffing van zogenaamde ontoelaatbare gezinnen; de reclassering van maatschappelijk ongeschikten; duurzame verzorging van minderjarigen wier verzorging nodig is in verband met de uitvoering der Kinderwetten en der Reclasseringsregeling'.

In 1942 waren twintig personen via Practische Hulp tewerkgesteld; zij hielden zich onder meer bezig met colportagewerk en de fabricage van wasknijpers. Na de oorlog werd het project voortgezet met lichamelijk en/of geestelijk minder validen. In 1953 werd Practische Hulp aanvaard als gemeentelijke sociale werkvoorziening. De daarop volgende jaren (1954-1956) werden ongesubsidieerd met winst afgesloten.

Mede dankzij de gunstige conjunctuur konden 24 personen in het vrije bedrijf worden herplaatst. Vereniging Nazorg en Stichting Practische Hulp werden beide een gemeentelijke sociale werkvoorziening. De eerste stappen om te komen tot op commerciële grondslag opgezette sociale werkvoorziening dateerden uit 1951. Men concludeerde dat deze werkplaats moest worden opgezet voor minder validen uit de gehele streek; de andere Zaanse gemeenten stemden hier in 1953 in toe.

In 1956 werd begonnen met de bouw van centrale werkplaats De Boerejonker. Begin 1958 konden twee vleugels in gebruik worden genomen door honderd personen. De centrale werkplaats functioneerde uitstekend, mede dankzij de ruime hoeveelheid werk die door de Zaanse industrie werd aangeboden. Het aantal geplaatste personen nam toe en al snel moest men tot uitbreiding van de gebouwen overgaan.

In 1968 werd de beschikbare ruimte, onder meer door huur van een nabijgelegen pand, uitgebreid van 1000 tot 1800 vierkante meter. De beschikbare ruimte bleef onvoldoende en daarom werd in 1970 begonnen met de bouw van een nieuw pand met een vloeroppervlakte van 3100 vierkante meter. In 1972 werden de laatste delen van de nieuwbouw opgeleverd. Het administratieve centrum werd in 1973-'75 geheel verbouwd. Het werkgebied van de Dienst Sociale Werkvoorziening beperkte zich inmiddels niet meer tot het Industrieel Centrum De Boerejonker.

Vanaf 1971 functioneerde het hoveniersbedrijf Buitenobjecten Schaalsmeer (naamgeving 1974). De instelling hiervan was mede een gevolg van de Wet Sociale Werkvoorziening (1969), waarin onderscheid werd gemaakt in drie soorten werkvoorziening: in industriële centra; in administratieve centra en verspreide objecten, in openlucht objecten. Buitenobjecten Schaalsmeer ontwikkelde zich tot een bedrijf voor groenonderhoud en -aanleg met 140 werknemers in 1990.

In Industrieel Centrum De Boerejonker hield men zich onder meer bezig met metaalbewerking, electronica en electromontage, confectie- en verpakkingswerk. In 1990 werkten bij De Boerejonker 225 personen. Als derde object werd het Algemeen Grafisch Centrum opgericht dat een volledig grafisch pakket bood: zetten, vormgeven, sociale werkvoorziening-sociale zekerheid drukken (offset en zeefdruk), binden, en adresseren en verzenden.

Administratief is Externe Objecten binnen het Algemeen Grafisch Centrum geplaatst. Via Externe Objecten worden medewerkers buitenshuis geplaatst, bijvoorbeeld bij gemeentehuizen, bibliotheken, scholen, het Gewestelijk Arbeidsbureau en Vereniging De Zaansche Molen. Bij het Grafisch centrum werkten in 1990 47 personen en bij Externe Objecten 46 personen. In totaal waren per 31 december 1989 514 personen in dienst bij de sociale werkvoorziening.

Ger Jan Onrust

Literatuur: Overzicht van de ontwikkeling van de centrale werkplaats voor minder-validen te Zaandam, niet gepubliceerd; D. Kerssens, Kort overzicht over het ontstaan en de ontwikkeling van de Dienst Sociale Werkvoorziening te Zaandam. in: Inventaris archief DSW, Zaanstad 1985; vraaggesprek met W. den Hartigh, directeur DSW.

  • /home/zaanwiki/domains/zaanwiki.nl/private_html/encyclopedie/data/pages/sociale.txt
  • Laatst gewijzigd: 2020/09/07 12:02
  • (Externe bewerking)