Kleine zaagmolens, meestal bovenkruiers, maar ook wipmolens waarin planken worden verzaagd tot allerlei soorten latten. Men zaagde enkele latten of panlatten, dubbele latten, rinkellatten en tengels in verschillende dikten en breedten. Met veren werden de dunne latten aangeduid die werden gebruikt om de naden tussen vloer- en zolderplanken te dichten. Deze planken waren vroeger nog niet van ploeg en mes voorzien, maar aan beide zijden van groeven, waarin de losse veren werden aangebracht. Voor het zagen van de dunne latten werd hout uitgezocht met zo weinig mogelijk kwasten omdat deze uiteraard tot verzwakking en breuk leidden. Het aantal veerzagers is door Pieter Boorsma in Duizend Zaanse Molens niet afzonderlijk aangegeven maar heeft waarschijnlijk ongeveer 35 bedragen.

  • /home/zaanwiki/domains/zaanwiki.nl/private_html/encyclopedie/data/pages/veerzager.txt
  • Laatst gewijzigd: 2024/07/21 11:39
  • door zaanlander