Dit is een oude revisie van het document!


Afvulbedrijf van aerosols (spuitbussen), dat bij oprichting was gevestigd te Koog aan de Zaan, later aan de Westzijde, daarna aan de Sluispolderweg te Zaandam. Het bedrijf werd opgericht in 1948 onder de naam nv Chemische Industrie Vetira door H.J. Boon uit Zaandijk. Begonnen met een kapitaal van ƒ 4000, richtte men zich op de verkoop van vitamineconcentraten voor veevoeder, verpakte bestrijdingsmiddelen voor land- en tuinbouw en vervaardiging en verhandeling van diergeneesmiddelen. De exploitatie van een aerosol-afvulstation vormde in de loop der jaren de hoofd-activiteit van de onderneming. De omzet van Vetira liep uit tot tientallen miljoenen op jaarbasis.

IJlings weggevluchte arbeiders vreesden op 10 maart 1954 het ergste voor twee van hun collega's, toen een bus verdelgingstabletten in de chemische fabriek Vetira te Koog aan de Zaan door verhitting in brand was geraakt. De verstikkende rookwolken, die zich snel in hun werkruimte verspreidden, leidden er toe dat de twee laatste arbeiders geen hand voor ogen meer konden zien en op de tast moesten proberen zich naar buiten te begeven. Zij slaagden hier op het nippertje in.

Aankomst blusboot “De Weer”. Bron Gemeentearchief Zaanstad

Donderdagmorgen 18 februari 1960 brak brand uit op de tweede verdieping van de Chemische fabriek Vetira aan de Westzijde. Tien leden van het hoofdzakelijk uit vrouwen bestaande personeel liepen ernstige brandwonden op. Een werkneemster sprong in haar angst uit de bovenverdieping en kwam in de Zaan terecht. Zij werd door omstanders op het droge gebracht. Het houten fabriekspand raakte grotendeels vernield.

De ontploffing ontstond doordat, bij afwezigheid van de chef, een niet terzake kundig personeelslid een gastoestel wilde aanzetten. Er schoot een steekvlam op waarna de tweede verdieping vlam vatte. Belendende percelen werden onmiddellijk ontruimd. Ontploffende gasflessen deden de naburige panden op hun grondvesten trillen. De GGD had handenvol werk om de gewonden naar de ziekenhuizen te vervoeren. Na enkele uren hard werken was het vuur bedwongen.

De schade bedroeg ƒ 300.000, welk bedrag door de verzekering werd gedekt. Op zijn vroegst verwachtte men de productie van het bedrijf binnen drie weken te kunnen hervatten dankzij bemiddeling van bevriende firma's. Er werd tot algehele herbouw van de fabriek overgegaan op een plek elders in Zaandam, mede doordat de bedrijfsruimten te klein bleken voor uitbreiding ter plaatse.

De vuurzee bracht onverwachte gevolgen met zich mee. De nylonkousen van honderden dames raakten door ontsnapte chloorverbindingen zodanig aangetast, dat er eerst kleine gaten en daarna grote ladders in vielen. Zelfs dames die op honderden meters afstand naar de brand keken, keerden met geschonden kousen huiswaarts. Sommigen verzochten bij de politie om schadevergoeding.

Besluit tot herbouw

De schade, die op 18 februari 1960 is ontstaan in de chemische fabriek Vetira aan de Westzijde door explosie en brand, bedraagt ƒ 300.000, welk bedrag door verzekering wordt gedekt. Op zijn vroegst verwacht men de productie van het bedrijf over drie weken te kunnen hervatten door bemiddeling van bevriende firma's. Er zal tot algehele herbouw van de fabriek moeten worden overgegaan op een plek elders in Zaandam, omdat de bedrijfsruimten toch al reeds te klein zijn voor uitbreiding ter plaatse.

In de jaren zestig werd de productie van bestrijdingsmiddelen in spuitbussen, waaronder insecticiden, ter hand genomen. Door een snelle toename van het assortiment kende het bedrijf, een grote bloei. De naam veranderde in Vetira Aerosols bv.

In 1972 werd de onderneming verkocht aan Tensia SA uit het Belgische Luik. Door een fusie in 1976 met Romance uit Bleiswijk, werd de naam Vetira Romance Aerosols bv. Het Tensiaconcern ging in 1980 in zijn geheel over naar BP bv. De naam bleef als dochteronderneming van BP ongewijzigd.

Begin december 1977 vroeg Vetira als gevolg van de dalende uitvoer en negatieve publiciteit rond spuitbussen voor het grootste deel van het personeel werktijdverkorting aan.

OP 4 november 1983 werden handtekeningen gezet onder een nieuwe collectieve arbeidsovereenkomst. Loonsverhoging en een kortere werkweek waren daarvan de belangrijkste onderdelen voor de ruim 120 werknemers. Volgens districtsbestuurder H. Amperse van de Industrie- en Voedingsbond CNV is de nieuwe cao voor Vetira een opmerkelijk lichtpunt in sombere tijden. De ondertekening ging met enig feestelijk vertoon gepaard.

Het salarisniveau ging omhoog volgens de nieuwe functieschaal waarbij de waarde van de functie in geld wordt uitgedrukt. Werknemers in de lagere categorieën gingen er, rond twee- tot driehonderd gulden per jaar netto op vooruit. Voor de hogere functies golden verhogingen van enkele duizenden guldens. De arbeidstijd werd verkort tot 39 uur per week. Amperse: „Wij hadden liever een 38-urige werkweek gewild, maar daar staat tegenover, dat in de nieuwe overeenkomst een voor het personeel gratis VUT-regeling is opgenomen“. De nieuwe cao voor Vetira werd ondertekend door directie en bestuurders van FNV en CNV.

In juli 1987 verkocht BP het bedrijf aan het Duitse Chemie und Aerosol Trost und Co uit Neu-Münster. Vetira kende nagenoeg geen eigen artikelen, maar trad op als afvulbedrijf van aerosols in opdracht van derden. Het bedrijf richtte zich op de wereldmarkt. Nieuwe algemeen directeur van Vetira Romance Aerosols in Zaandam werd de 51-jarige John Have uit Gorredijk. Have trad in de plaats van dr O. Trost, die tot zijn overlijden op 6 augustus 1986 deze functie vervulde.

Bij Vetira waren in 1990 nog ongeveer 100 werknemers in dienst en de omzet in dat jaar bedroeg 35 miljoen gulden.

Op 07-02-2007 is Vetira-Romance Aerosols B.V. door de rechtbank in Noord-Holland failliet verklaard.

  • /home/zaanwiki/domains/zaanwiki.nl/private_html/encyclopedie/data/attic/vetira.1488317603.txt.gz
  • Laatst gewijzigd: 2020/09/06 17:59
  • (Externe bewerking)