Verschillen
Dit geeft de verschillen weer tussen de geselecteerde revisie en de huidige revisie van de pagina.
Beide kanten vorige revisie Vorige revisie Volgende revisie | Vorige revisie Volgende revisie Beide kanten volgende revisie | ||
wees [2016/11/30 23:14] zaanlander |
wees [2017/07/30 21:54] zaanlander |
||
---|---|---|---|
Regel 14: | Regel 14: | ||
Om gebruik te kunnen maken van de armenzorg moest men aan een aantal voorwaarden voldoen. Reeds genoemd zijn de bepalingen dat men autochtoon en lidmaat van de kerk moest zijn. De kerkdiensten moesten zo vaak als maar enigszins mogelijk was bezocht worden. Men moest een godvruchtig leven leiden. Er werd niets beschikbaar gesteld als men door eigen schuld tot de armste stand was gaan behoren. Alcohol-misbruik was geheel uit den boze. Indien men betrapt werd op bedelarij, werd men voorgoed uit de armenzorg gehaald. In 1776 mochten gealimenteerden in de banne van Westzanen geen honden bezitten, op straffe van intrekking van de steun. | Om gebruik te kunnen maken van de armenzorg moest men aan een aantal voorwaarden voldoen. Reeds genoemd zijn de bepalingen dat men autochtoon en lidmaat van de kerk moest zijn. De kerkdiensten moesten zo vaak als maar enigszins mogelijk was bezocht worden. Men moest een godvruchtig leven leiden. Er werd niets beschikbaar gesteld als men door eigen schuld tot de armste stand was gaan behoren. Alcohol-misbruik was geheel uit den boze. Indien men betrapt werd op bedelarij, werd men voorgoed uit de armenzorg gehaald. In 1776 mochten gealimenteerden in de banne van Westzanen geen honden bezitten, op straffe van intrekking van de steun. | ||
- | De eerste regelmatige alimenteringen in de Zaanstreek moeten aan het begin van de 17e eeuw gedaan zijn. Loosjes schreef over deze periode: 'Hoe zeer de welvaart te Zaandam doorgaans bloeide, ontbrak het nogtans | + | De eerste regelmatige alimenteringen in de Zaanstreek moeten aan het begin van de 17e eeuw gedaan zijn. Loosjes schreef over deze periode: 'Hoe zeer de welvaart te Zaandam doorgaans bloeide, ontbrak het nochtans |
Doordat ouders van jonge kinderen in deze tijd overleden en te weinig geld voor hun kinderen nalieten, werden de burgemeesters, | Doordat ouders van jonge kinderen in deze tijd overleden en te weinig geld voor hun kinderen nalieten, werden de burgemeesters, | ||
Regel 26: | Regel 26: | ||
Weeskinderen hadden recht op scholing, die echter van korte duur was. Tot ongeveer hun 10e jaar konden zij naar de dorpsschool, | Weeskinderen hadden recht op scholing, die echter van korte duur was. Tot ongeveer hun 10e jaar konden zij naar de dorpsschool, | ||
- | Het voedsel voor de kinderen en hun binnenouders was eentonig. Roggebrood, zoetemelkse kaas, erwten en bonen, soms gezouten spek, weinig groente, vrijwel geen fruit, soms vis of vlees. Het ziekte- en sterftecijfer lag hoog. Wezen bleven in de ogen van de weeshuizen vrij lang kinderen. Om uit het weeshuis te komen moest men zo tussen de 18 en 23 jaar oud zijn, een goed praktizerend | + | Het voedsel voor de kinderen en hun binnenouders was eentonig. Roggebrood, zoetemelkse kaas, erwten en bonen, soms gezouten spek, weinig groente, vrijwel geen fruit, soms vis of vlees. Het ziekte- en sterftecijfer lag hoog. Wezen bleven in de ogen van de weeshuizen vrij lang kinderen. Om uit het weeshuis te komen moest men zo tussen de 18 en 23 jaar oud zijn, een goed praktiserend |
- | De kinderen mochten bij hun vertrek uit het weeshuis hun kleren meenemen. De meisjes kregen als zij met toestemming van de voogden weggingen een bruidsschat mee. De geschoolde jongens kregen hun gereedschappen mee, maar moesten daarvoor betalen. Sommige weeskinderen verbleven meer dan 20 jaar in het weeshuis. Een niet-geinstitutionaliseerde | + | De kinderen mochten bij hun vertrek uit het weeshuis hun kleren meenemen. De meisjes kregen als zij met toestemming van de voogden weggingen een bruidsschat mee. De geschoolde jongens kregen hun gereedschappen mee, maar moesten daarvoor betalen. Sommige weeskinderen verbleven meer dan 20 jaar in het weeshuis. Een niet geïnstitutionaliseerde |
Voor armen waren er, naast de terugkerende verdelingen die het armbestuur liet plaatsvinden, | Voor armen waren er, naast de terugkerende verdelingen die het armbestuur liet plaatsvinden, | ||
- | Zaandam kreeg in de 19e eeuw een spinhuis, dat echter niet lang functioneerde. Begonnen in 1819 met 30 kinderen van gealimenteerden, | + | Zaandam kreeg in de 19e eeuw een spinhuis, dat echter niet lang functioneerde. Begonnen in 1819 met 30 kinderen van gealimenteerden, |
Met de aanvaarding van de Wet op het Armbestuur (1800) leek het erop dat het oude systeem van de wees- en armenzorg zou komen te vervallen. De wet werd echter niet uitgevoerd omdat de kosten te hoog waren. Overigens werd in deze periode ook zonder wijzigingen al 60 procent van de dorpsinkomsten aan de armen besteed. Het was een tijd waarin men zeer streng de hand hield aan het vestigings-principe: | Met de aanvaarding van de Wet op het Armbestuur (1800) leek het erop dat het oude systeem van de wees- en armenzorg zou komen te vervallen. De wet werd echter niet uitgevoerd omdat de kosten te hoog waren. Overigens werd in deze periode ook zonder wijzigingen al 60 procent van de dorpsinkomsten aan de armen besteed. Het was een tijd waarin men zeer streng de hand hield aan het vestigings-principe: | ||
Regel 38: | Regel 38: | ||
Over de omvang van de armoede zijn de bronnen zeer schaars. In 1795 leefde 68% van de Zaandamse bevolking onder het bestaansminimum. Dat percentage is hoog, maar geeft over dat jaar een reëel beeld van de Zaanse situatie. In aanmerking genomen dat 1795 een slecht jaar was, kan zeker gesteld worden dat een kwart tot de helft, in de winter meer, van de Zaanse bevolking tussen 1600 en 1850 onder de armoedegrens viel. De sociale zorg was in vroeger tijd dan ook de grootste zorg van bestuurders van gemeenten en kerkgenootschappen. Vanaf de Franse Tijd kwamen andere organisaties op, die het lot van armen probeerden te verzachten. De [[Maatschappij1]] is het bekendste voorbeeld. Ook de instelling van de armenscholen (zie: [[Onderwijs]]) in 1818 moet genoemd worden. Dat gebeurde op aangeven van Den Haag. | Over de omvang van de armoede zijn de bronnen zeer schaars. In 1795 leefde 68% van de Zaandamse bevolking onder het bestaansminimum. Dat percentage is hoog, maar geeft over dat jaar een reëel beeld van de Zaanse situatie. In aanmerking genomen dat 1795 een slecht jaar was, kan zeker gesteld worden dat een kwart tot de helft, in de winter meer, van de Zaanse bevolking tussen 1600 en 1850 onder de armoedegrens viel. De sociale zorg was in vroeger tijd dan ook de grootste zorg van bestuurders van gemeenten en kerkgenootschappen. Vanaf de Franse Tijd kwamen andere organisaties op, die het lot van armen probeerden te verzachten. De [[Maatschappij1]] is het bekendste voorbeeld. Ook de instelling van de armenscholen (zie: [[Onderwijs]]) in 1818 moet genoemd worden. Dat gebeurde op aangeven van Den Haag. | ||
- | De rijksoverheid zorgde nadien voor meer veranderingen. In 1854 werd de Armenwet aangenomen, waardoor de regering de armenvoorzieningen meer naar zich toetrok. Vele wetten die betrekking hadden op het armenprobleem zouden volgen. In de 20e eeuw kwam een nieuw fenomeen om de hoek kijken: de werkverschaffing. Arbeiders ontvingen slechts steun mits zij zwaar landwerk verrichtten (zie: [[crisis]]). Deze gehate diensten werden door de Duitsers in de Tweede Wereldoorlog voortgezet. Vanaf 1945 werd de ondersteuning van de armen en wezen steeds meer gecentraliseerd. | + | De rijksoverheid zorgde nadien voor meer veranderingen. In 1854 werd de Armenwet aangenomen, waardoor de regering de armenvoorzieningen meer naar zich toetrok. Vele wetten die betrekking hadden op het armenprobleem zouden volgen. In de 20e eeuw kwam een nieuw fenomeen om de hoek kijken: de werkverschaffing. Arbeiders ontvingen slechts steun mits zij zwaar landwerk verrichtten (zie: [[crisis]]). Deze gehate diensten werden door de Duitsers in de Tweede Wereldoorlog voortgezet. Vanaf 1945 werd de ondersteuning van de armen en wezen steeds meer gecentraliseerd. |
- | \\ | + | |
- | Literatuur: Oosterbaan, De kerk in het midden; Verkade e.a. Zaandam 150 jaar stad; De Jong/ | + | Literatuur: |
+ | * Oosterbaan, De kerk in het midden; | ||
+ | * Verkade e.a. Zaandam 150 jaar stad; | ||
+ | * De Jong/ | ||
+ | * Loosjes, Beschrijving van de Zaanlandsche dorpen; | ||
+ | * Mol, Uit de geschiedenis van Wormer; | ||
+ | * Tip, De Geschiedenis van Westzaan; | ||
+ | * Roovers, Onvoltooid verleden; | ||
+ | * Visser, Zeven eeuwen Krommeniedijk; | ||
+ | * Schilstra e.a.. De polder Oostzaan; | ||
+ | * Statuten vereniging 'Het werkhuis', | ||
+ | * Neuhaus, Wormerveer; | ||
+ | * Kerssens, Van vleethuis tot parochiekerk; | ||
+ | * Lootsma, Historische studiën over de Zaanstreek, deel II. |