Verschillen
Dit geeft de verschillen weer tussen de geselecteerde revisie en de huidige revisie van de pagina.
Beide kanten vorige revisie Vorige revisie Volgende revisie | Vorige revisie | ||
muziek [2019/02/08 20:12] zaanlander |
muziek [2024/05/25 22:43] (huidige) zaanlander |
||
---|---|---|---|
Regel 3: | Regel 3: | ||
Toonkunst, voortbrengselen der toonkunst. Muziek is de kunstvorm die berust op het ordenen van klanken. Er bestaan verschillende muziekvormen naast elkaar. | Toonkunst, voortbrengselen der toonkunst. Muziek is de kunstvorm die berust op het ordenen van klanken. Er bestaan verschillende muziekvormen naast elkaar. | ||
- | Over het muziekleven in het verleden van de Zaanstreek is niet erg veel bekend. Ongetwijfeld zal hier en daar, voornamelijk in de huizen van de gegoede burgerij, met meer of minder succes gemusiceerd zijn. Favoriete instrumenten waren de piano en de viool, instrumenten die voor de armere burgers te duur waren. Zij bespeelden het mondorgel, de accordeon, het zogenaamde | + | Over het muziekleven in het verleden van de Zaanstreek is niet erg veel bekend. Ongetwijfeld zal hier en daar, voornamelijk in de huizen van de gegoede burgerij, met meer of minder succes gemusiceerd zijn. Favoriete instrumenten waren de piano en de viool, instrumenten die voor de armere burgers te duur waren. Zij bespeelden het mondorgel, de accordeon, het schippersklavier, |
Van een openbaar muziekleven was tot in de tweede helft van de 19e eeuw nauwelijks sprake. Werd er in het openbaar muziek gemaakt dan gebeurde dat meestal door de muziekkorpsen van de stedelijke Schutterijen. In het midden van de 19e eeuw kwam daarin verandering. De amateuristische muziekbeoefening kon zich verheugen in een sterk groeiende populariteit. Voor de harmonie- en fanfare-orkesten was dat te danken aan de verbetering en vereenvoudigde bespeling van koperen blaasinstrumenten door ventielen, aan de uitvinding van nieuwe, geschikte instrumenten zoals de saxofoons, aan maatschappelijke ontwikkelingen waarbij de muziekbeoefening door arbeiders in verenigingsverband werd aangemoedigd en vaak door bedrijven werd gesteund, en tenslotte aan de behoefte aan muzikale opluistering van allerlei openbare gebeurtenissen. | Van een openbaar muziekleven was tot in de tweede helft van de 19e eeuw nauwelijks sprake. Werd er in het openbaar muziek gemaakt dan gebeurde dat meestal door de muziekkorpsen van de stedelijke Schutterijen. In het midden van de 19e eeuw kwam daarin verandering. De amateuristische muziekbeoefening kon zich verheugen in een sterk groeiende populariteit. Voor de harmonie- en fanfare-orkesten was dat te danken aan de verbetering en vereenvoudigde bespeling van koperen blaasinstrumenten door ventielen, aan de uitvinding van nieuwe, geschikte instrumenten zoals de saxofoons, aan maatschappelijke ontwikkelingen waarbij de muziekbeoefening door arbeiders in verenigingsverband werd aangemoedigd en vaak door bedrijven werd gesteund, en tenslotte aan de behoefte aan muzikale opluistering van allerlei openbare gebeurtenissen. |