Verschillen

Dit geeft de verschillen weer tussen de geselecteerde revisie en de huidige revisie van de pagina.

Link naar deze vergelijking

Beide kanten vorige revisie Vorige revisie
Volgende revisie
Vorige revisie
maatschappij3 [2016/02/25 13:33]
han
maatschappij3 [2020/09/07 12:03] (huidige)
Regel 52: Regel 52:
 Op de volgende vergadering traden nog zes leden toe, te weten P. Makkes, S. Prins, W.J. Boon, Jan Vis, D. Ruijter en H.P. Pieper, zodat het departement toen 22 leden had. P. van Gelder Pz. werd president voor één jaar (volgens de reglementen) en Jan Dekker Cz. secretaris voor drie jaar. De laatste was initiatiefnemer voor de afsplitsing van Zaandijk en hij was dus ook bereid als secretaris het meeste werk voor het departement Wormerveer te verrichten. Hij vervulde zijn taak met grote zorgvuldigheid. Meteen werd een commissie ingesteld genaamd 'vervoermiddel van hier voor personen en goederen naar Amsterdam'. Op de volgende vergadering traden nog zes leden toe, te weten P. Makkes, S. Prins, W.J. Boon, Jan Vis, D. Ruijter en H.P. Pieper, zodat het departement toen 22 leden had. P. van Gelder Pz. werd president voor één jaar (volgens de reglementen) en Jan Dekker Cz. secretaris voor drie jaar. De laatste was initiatiefnemer voor de afsplitsing van Zaandijk en hij was dus ook bereid als secretaris het meeste werk voor het departement Wormerveer te verrichten. Hij vervulde zijn taak met grote zorgvuldigheid. Meteen werd een commissie ingesteld genaamd 'vervoermiddel van hier voor personen en goederen naar Amsterdam'.
  
-Op de oktobervergadering van dat jaar werd gepleit voor grotere autonomie van de departementen in de landelijke organisatie. Tevens werd besloten de oprichting van een vaktekenschool te bevorderen. Op 11 nnovember 1845 kon deze met elf leerlingen worden geopend. Deze school werd de latere avondvaktekenschool aan de Markstraat, die tot omstreeks 1960 heeft bestaan. Laatste directeur was L.G. van Heerde, laatste voorzitter van het bestuur P.B.J. Ferf.+Op de oktobervergadering van dat jaar werd gepleit voor grotere autonomie van de departementen in de landelijke organisatie. Tevens werd besloten de oprichting van een vaktekenschool te bevorderen. Op 11 november 1845 kon deze met elf leerlingen worden geopend. De vaktekenschool breidde zich een jaar daarna al uit, er kwamen meer leerlingen. Echter om 16 gulden bij te dragen voor het aanschaffen van een leerboek, daar was de vereiste tweederde meerderheid op de vergadering niet voor te vinden. De school werd de latere avondvaktekenschool aan de Markstraat, die tot omstreeks 1960 heeft bestaan. Laatste directeur was L.G. van Heerde, laatste voorzitter van het bestuur P.B.J. Ferf. 
 +== Te duur == 
 + 
 +De commissie vervoermiddel kwam met een voorstel. Zij wenste een dagelijkse verbinding met Amsterdam. Op marktdagen door middel van 'een welingerichte volksschuit benevens een schuit voor goederen', op de andere dagen een vrachtschuit die ook personen mag vervoeren. Daarvoor waren drie boten nodig. Dat vereiste 100.000 gulden kapitaal, hetgeen met deelname van de schippers bijeen te krijgen moest zijn. Het voorstel haalde het niet in de departementsvergadering: acht leden voor, tien tegen. Men vond het te duur. De verdere pogingen van de commissie vervoermiddel liepen stuk op de overweging, wat moet er dan worden van schipper Emmer en zijn gezin? 
 + 
 +Het jaarverslag van 1845 omvatte drie afdelingen, namelijk landbouw, fabrieken en handel. Landbouw bestond uit de volgende hoofdstukken: aardappelen, graslanden en hooi, rundvee, fijne zaden, en verbetering van wegen en vaarten. Onder fabrieken viel papier, rijst, gerst, stijfsel, weedas, bergblauw, lakmoes, aardappelmeel en siroop, loodwit, olie uit droes. Handel tenslotte was verdeeld in granen, oliezaden, kaas, fijne zaden, blauwsel, verfwaren en scheepsrederij (vijf schepen). 
 + 
 +Het jaarverslag, zoals het was ontworpen door secretaris Jan Dekker Cz. ondervond veel kritiek, omdat het te veel bedrijfsgegevens openbaar zou maken, die beter geheim gehouden konden worden. In 1846 werd op de vergadering van 29 oktober al geklaagd over de opkomst van een gering aantal leden. Men ging nu vergaderingen houden waarop een van de leden een voordracht hield. Verder werden voorstellen van de jaarvergaderingen in Haarlem behandeld. Er werd getracht een industrieschool te beginnen met een driejaarlijkse cursus, maar daar kwamen niet voldoende leerlingen voor. 
 + 
 +Voorts werd woningbouw voor minvermogenden bevorderd, in de vorm van samenleving in communes. Men ging in het buitenland dergelijke inrichtingen bestuderen. In 1851 werd opgericht de 'Maatschappij tot verbetering en aanbouw van arbeiderswoningen'. De departementen Zaandam en Alkmaar hielden een buitenvergadering of reünie op Zomerzorg, een uitspanning in Bloemendaal en zij nodigden Wormerveer uit tot deelname. De vergadering constateerde dat er wel een paar leden naar toe wilden, maar dat er zeker geen bijdrage uit de kas zou worden gegeven. Later bleek dat het departement Zaandijk ook bij deze vergadering aanwezig was. 
 +== Sociëteit == 
 + 
 +Van 1856 tot 1858 waren er in het departement Wormerveer geen activiteiten wegens de te geringe opkomst op de vergaderingen, maar in 1859 werd op initiatief en onder presidentschap van P. van Gelder Pz het departement nieuw leven in geblazen. Hij verhuisde enige jaren later echter naar Amsterdam en trad af. Hij werd opgevolgd door R. Oldeman, die met R. Wolters als secretaris het departement voortzette. De vergaderingen kregen toen meer het karakter van een sociëteit. 
 + 
 +Na het behandelen van de gebruikelijke agendapunten werd steeds een loterij gehouden. Ieder van de aanwezigen zette vijftig cent in en de penningmeester zorgde voor iedere vergadering voor een passende verrassing, die aan het einde van de zitting werd verloot. Zo won in 1862 J. Laan een sierlijke wandelstok. In 1863 was de prijs een goudviskom op een prachtige standaard en in 1867 een thermometer. In 1862 vond men de punten van beschrijving voor de jaarvergadering uit Haarlem zo onbeduidend dat men ze behandeling niet waardig achtte. In 1863 had men na de verloting geen tijd meer voor de punten van beschrijving. 
 + 
 +In 1866 kwam de concurrentie aan de orde, die de tekenschool ondervond van de Hogere Burger Avondschool in Zaandam. De tekeningen daar waren veel mooier. Maar op de volgende vergadering werd besloten toch door te gaan met de tekenschool onder leiding van de heer D. Wakker, omdat de toelatingseisen in Zaandam zeer hoog waren. Op 21 december 1871 vond de opheffingsvergadering van het departement Wormerveer plaats. Tot de opheffing was op 24 augustus van dat jaar reeds besloten. Aanwezig waren J. Ruijter, B. Schoute, P. Oosterhuis, B.H. van Vleuten en R. Wolters, die toen 13 jaar secretaris was geweest. Men gaf als laatste motief voor de opheffing van het departement, dat Haarlem - dat wil zeggen het hoofdbestuur of in maatschappij-jargon: de directeuren - te theoretisch was geworden. En niet voldoende oog hadden voor de praktijk. 
 + 
 +Pas in 1900 werd het departement Zaanstreek opgericht, en wel in Wormerveer. Initiatiefnemer was J.A. Laan, lid van het hoofdbestuur van de maatschappij in Haarlem. Op aandringen van dat hoofdbestuur - in het bijzonder van secretaris G.S. de Clerq - nodigde hij een veertigtal Zaanse industriëlen en kooplieden uit om op ll mei 1900 in de Nieuwe Sociëteit in Wormerveer te vergaderen. Er verschenen er 22. Met name in Zaandam was de oprichtingspoging slecht onthaald, uit die gemeente verscheen alleen H. Blans op de vergadering. Dertien leden droegen de achternaam Laan. 
 + 
 +Aangezien het bij de maatschappij gewoonte was, dat de landelijke algemene jaarvergadering in een nieuw departement plaatsvond, deelde J.A. Laan mee dat deze dit jaar op 5, 6 en 7 juli in Wormerveer gehouden zou worden. Daarna werd het zevenmans bestuur van het departement gekozen. Voorzitter werd J.A. Laan, secretaris Chr. Grootes Mz en penningmeester K.C. Honig Mz, terwijl de voorzitter aankondigde dat hij nog enige heren voor het bestuur zou uitnodigen. Bij de eerstvolgende vergadering bleek P.M. Duyvis zich uit het bestuur te hebben teruggetrokken, omdat hij het te druk had met de 'Parijsche tentoonstelling'. Vier andere heren waren bereid gevonden tot het bestuur toe te treden. 
 +== Hoge kosten == 
 +  
 +Belangrijkste onderwerp tijdens deze tweede vergadering was de organisatie van de landelijke jaarvergadering. Vastgesteld werd dat de kosten van het programma niet zouden meevallen, zeker niet als er een verlichte gondelvaart op de Zaan zou worden gehouden. De totale kosten werden dan geraamd op 3000 gulden. K.C. Honig werd benoemd tot voorzitter van de commissie die het zou regelen. Hij kreeg een krediet van 2000 gulden, De gemeente Wormerveer deed een bijdrage van 200 gulden. De dagen van de jaarvergadering verliepen niet geheel vlekkeloos. Van Gelder Zonen en de Nederlandsche Linoleumfabriek vonden geen gelegenheid om hun fabrieken te laten bezichtigen. 
 + 
 +De muziek (in het Wilhelminapark) werd verzorgd door het Stedelijk Muziekcorps der dienstdoende schutterij in Amsterdam en de broeders Wilson uit Hoorn hielden voordrachten in de zaal van de sociëteit. Het diner kwam van Coutierier uit Amsterdam. Tijdens de vergadering werd per motie het Bureau voor Handelsinlichtingen in Amsterdam in het leven geroepen. Voorts werden wijzigingen van het consulaatwezen dringend vereist geacht. De ontvangsten bedroegen 2172,50 gulden, de kosten 2626,38 gulden, het tekort was dus 453,88 gulden. 
 + 
 +In 1904 overleed secretaris Grootes. In 1905 werd A.H. Verkade uit Zaandam bestuurslid. Hij zou dat lange tijd blijven. Onderwerpen van behandeling uit deze periode waren onder meer: de codering van archiefstukken, de afschaffing van nachtarbeid in broodbakkerijen en de vruchteloosheid om pogingen van omkoperij te beperken. In 1910 werd begonnen met een handelsavondcursus. In 1914 werden de notulen voor het eerst ondertekend door E.A. Veen, dat zou daarna vele jaren gebeuren. Er werd een lezing gehouden door professor Volmer over het Taylor-systeem. 
 + 
 +Voorzitter Laan stelde 50.000 gulden beschikbaar voor de oprichting van een ambachtsschool en voorts 10.000 gulden aan het departement voor de bevordering van het onderwijs aan de handelsdag- en avondschool. Vervolgens werd door de bemoeienis van het departement de Hogere Handelsschool opgericht. In 1917 trad voorzitter Laan af. Hij werd opgevolgd door K.C. Honig. A.H. Verkade werd secretaris. De Centrale Ambachtsschool werd in 1917 geopend, er waren dat eerste jaar 66 leerlingen. Voorts werd aandacht gevraagd voor de moeilijkheden met de levering van elektriciteit. De centrale in IJmuiden was overbelast en er liep slechts één kabel van Amsterdam-Noord naar Krommenie. 
 +== Bezuinigen == 
 + 
 +Een bespreking werd gewijd aan de voorgestelde vereniging van de Zaanse gemeenten. Het departement was daar niet vóór. Het argument daarvoor was dat de gemeente Zaandam na de samenvoeging eenvoudig het tot dusver onjuiste geldelijke beheer zou kunnen verdoezelen. Wel was het departement er voorstander van om Koog, Zaandijk en 't Kalf te verenigen, én om een deel van Wormer bij Wormerveer te voegen. In de daarop volgende jaren werden veelvuldig activiteiten ontwikkeld door de in 1922 ingestelde bezuinigingscommissie ter bestudering van de overheidsfinanciën, die als doelstelling had te komen tot een beter verantwoord financieel beleid. Aanvankelijk was het de bedoeling dat deze commissie onderzoek zou doen naar de mogelijkheden van overname van overheidsbedrijven door particuliere ondernemingen. 
 + 
 +In 1925 bevorderde het departement dat in het provinciale wegenplan de nieuw aan te leggen provinciale weg niet langs de Nauernase Vaart werd geprojecteerd, maar langs de Zaangemeenten. Voorts werd geprotesteerd tegen het voornemen van de posterijen om het aantal bestellingen per dag terug te brengen tot drie. Enige jaren eerder werd de post nog vijf keer per dag besteld. In 1929 kwam het voorstel om voor de Zaan een Rivierschap in het leven te roepen. Geen enkele instantie had verantwoordelijkheid voor het beheer van de Zaan als scheepvaartroute. In verband met de verwachte hoge kosten werd het plan door het bestuur van het departement afgekeurd. Wel werd door het departement 17.000 gulden bijeen gebracht om de drempel in de doorvaart van een nieuwe tolvrije provinciale brug te verlagen. De provincie aanvaardde dit plan echter niet. 
 + 
 +In de crisisjaren werd het voorstel gedaan ouderen te pensioneren. Dat mocht vooral niet bij een lagere leeftijd dan 60 jaar gebeuren, de ervaring van de oudere werknemers konden de bedrijven niet missen meende men. De PEN-centrale in IJmuiden werd 'de duurste van Europa' genoemd. In 1937 werd W. Bruynzeel voorzitter van het departement en E.A. Veen weer secretaris. Bestuursleden mochten nu slechts vier jaar aanblijven en waren daarna een jaar niet herkiesbaar. Een uitzondering werd gemaakt voor de voorzitter en de secretaris. Indien dat noodzakelijk werd geacht mochten zij acht jaar achtereen hun functie vervullen. 
 + 
 +In de oorlog werd E.A. Veen voorzitter. Aan de orde kwam onder meer een rapport van de provincie over de verontreiniging van de oppervlaktewateren. In deze periode kwamen de lunchbijeenkomsten in gebruik. Gepleit werd voor de oprichting van een Medisch Opvoedkundig Centrum. Na de oorlog werd verwoed gediscussieerd over de mogelijke annexatie van Duits gebied, er werd zelfs een enquête over dit onderwerp gehouden. 
 + 
 +Een hoogtepunt in de naoorlogse periode was de organisatie van de landelijke ledenvergadering op 6 en 7 juni 1979 in De Speeldoos in Zaandam. De vergadering werd opgeluisterd door een bezoek van prins Claus. Het onderwerp van de jaarvergadering was 'Onderneming en Besluitvorming'. Een van de inleiders was J. van Meer, lid van de raad van bestuur van Ahold. 
 + 
 +J. Simons 
 + 
 +Literatuur 
 + 
 +  * mr. J. Bierens de Haan, Van Economische Tak tot Nederlandsche Maatschappij voor Nijverheid en Handel, Haarlem;  
 +  * mr. I.A. van Lanschot Hubrecht, Tweehonderd jaar geschiedenis van de maatschappij 1777-1977, Algemeen secretariaat.     
 +  *  
 +{{tag>actualiseren}} 
  
-De commissie vervoermiddel kwam met een voorstel. Zij wenste een dagelijkse gemeenschap met Amsterdam, op marktdagen door middel van een wel-ingerichte volksschuit benevens een schuit voor goederen, op tussendagen een vrachtschuit die ook personen zou mogen vervoeren. Daarvoor waren drie schuiten nodig, dat vereiste f 100.000 kapitaal, hetgeen met deelname van de schippers bijeen te krijgen moest zijn. Het voorstel haalde het niet in de departementsvergadering: acht leden voor, tien tegen. Men vond het te duur. Het jaarverslag van 1845 omvatte drie afdelingen, namelijk Landbouw, Fabrijken en Handel. Landbouw bestond uit de volgende hoofdstukken: aardappelen, graslanden en hooi, rundvee, fijne zaden, en verbetering van wegen en vaarten. Onder Fabrieken viel: papier, rijst, gerst, stijfsel, weedas, bergblauw, lakmoes, aardappelmeel en siroop, loodwit, olie uit droes. Handel tenslotte was verdeeld in: granen, oliezaden, kaas, fijne zaden, blauwsel, verfwaren en scheepsrederij (vijf schepen). De vaktekenschool breidde zich uit: er waren meer leerlingen dan het jaar daarvoor. Maar om f 16 bij te dragen voor het aanschaffen van een leerboek was de vereiste twee/derde meerderheid op de vergadering niet te vinden. De verdere pogingen van de commissie vervoermiddel liepen stuk op de overweging: wat moet er dan worden van schipper Emmer en zijn gezin? Het jaarverslag zoals het ontworpen was door secretaris J an Dekker Cz. ondervond veel kritiek omdat het te veel bedrijfsgegevens openbaar zou maken, die beter geheim gehouden konden worden. In 1846 werd op de vergadering van 29 oktober al geklaagd over de opkomst van een gering aantal leden. Men ging nu vergaderingen houden waarop een van de leden een voordracht hield. Verder werden voorstellen van de jaarvergaderingen in Haarlem behandeld. Er werd getracht een Industrie-school te beginnen met een drie- jaarlijkse cursus, maar daar kwamen niet voldoende leerlingen voor. Voorts werd woningbouw voor minvermogenden bevorderd, in de vorm van samenleving in communes. Men ging in het buitenland dergelijke inrichtingen bestuderen. In 1851 werd opgericht de 'Maatschappij tot verbetering en aanbouw van arbeiderswoningen'. De departementen Zaandam en Alkmaar hielden een buitenvergadering of reünie op Zomerzorg, een uitspanning in Bloemendaal en zij nodigden Wormerveer uit tot deelname. De vergadering constateerde dat er wel een paar leden naar toe wilden, maar dat er zeker geen bijdrage uit de kas zou worden gegeven. Later bleek dat het departement Zaandijk ook bij deze vergadering aanwezig was. Van 1856 tot 1858 waren er in het departement Wormerveer geen activiteiten wegens de te geringe opkomst op de vergaderingen, maar in 1859 herleefde het departement op initiatief en onder presidentschap van P. van Gelder Pz. Deze verhuisde enige jaren later echter naar Amsterdam en trad af. Hij werd opgevolgd door R. Oldeman die met R. Wolters als secretaris het departement voortzette. De vergaderingen kregen toen meer het karakter van een sociëteit. Na het behandelen van de gebruikelijke agendapunten werd steeds een loterij gehouden. leder der aanwezigen zette vijftig cent in en de penningmeester zorgde voor iedere vergadering voor een passende verrassing. die aan het einde van de zitting werd verloot. Zo won in 1862 J. Laan een sierlijke wandelstok. in 1863 was de prijs een goudvis-korn op een prachtige standaard en in 1867 een thermometer. In 1862 vond men de punten van beschrijving voor de jaarvergadering uit Haarlem zo onbeduidend dat men ze behandeling niet waardig achtte. In 1863 had men na de verloting geen tijd meer voor de punten van beschrijving. In 1866 kwam de concurrentie aan de orde die de tekenschool ondervond van de Hogere Burger Avondschool in Zaandam. De tekeningen daar waren veel mooier. Maar op de volgende vergadering werd besloten toch door te gaan met de tekenschool onder leiding van de heer D. Wakker. omdat de toelatingseisen in Zaandam zeer hoog waren. Op 21 december 1871 vond de opheffingsvergadering van het departement Wormerveer plaats. Tot de opheffing was op 24 augustus daaraan voorafgaand reeds in principe besloten. Aanwezig waren J. Ruijter, B. Schoute, P. Oosterhuis, B.H. van Vleuten en R. Wolters, die toen 13 jaar secretaris was geweest. Men gaf als laatste motief voor de opheffing van het departement dat Haarlem. dat wil zeggen het hoofdbestuur (of in Maatschappij-jargon: de directeuren) te theoretisch was geworden. en niet voldoende égards had voor de praktijk. Pas in 1900 werd het departement Zaanstreek opgericht, en wel te Wormerveer. Initiatiefnemer hiertoe was J.A. Laan, lid van het hoofdbestuur van de Maatschappij te Haarlem. Op aandrang van dat hoofdbestuur (in het bijzonder van secretaris G. S. de Clerq) nodigde hij een veertigtal Zaanse industrielen en kooplieden uit om op ll mei 1900 in de Nieuwe Sociëteit te Wormerveer te vergaderen. Er verschenen er 22. Met name te Zaandam was de oprichtingspoging slecht onthaald; uit die gemeente verscheen alleen H. Blans op de vergadering. Dertien leden droegen de achternaam “Laan? Aangezien het bij de Maatschappij gewoonte scheen dat de landelijke algemene jaarvergadering in een nieuw departement plaatsvond, deelde J .A. Laan mee dat deze dit jaar op 5, 6 en 7 juli in Wormerveer gehouden zou worden. Daarna werd het zeven-mans bestuur van het departement gekozen. Voorzitter werd J.A. Laan, secretaris Chr. Grootes Mz en penningmeester K.C. Honig Mz, terwijl de voorzitter aankondigde dat hij nog enige heren voor het bestuur zou uitnodigen. Bij de eerstvolgende vergadering bleek P.M. Duyvis zich uit het bestuur te hebben teruggetrokken, omdat hij het te druk had met de “Parijsche tentoonstelling. Vier andere heren waren bereid gevonden tot het bestuur toe te treden. Belangrijkste onderwerp tijdens deze tweede vergadering was de organisatie van de landelijke jaarvergadering. Vastgesteld werd dat de kosten van het programma niet zouden meevallen, zeker niet als er een verlichte gondelvaart op de Zaan zou worden gehouden. De totale kosten werden dan geraamd op f 3000. K.C. Honig werd benoemd tot voorzitter van de regelingscommissie; hij kreeg een krediet van f 2000. De gemeente Wormerveer deed een bijdrage van f 200. De dagen van de jaarvergadering verliepen niet geheel vlekkeloos: Van Gelder Zonen en de Nederlandsche Linoleumfabriek vonden geen gelegenheid om hun fabrieken te laten bezichtigen. De muziek (in het Wilhelminapark) werd verzorgd door het Stedelijk Muziekcorps der dienstdoende schutterij te Amsterdam en de gebroeders Wilson te Hoorn hielden voordrachten in de zaal van de Societeit. Het diner kwam van Coutierier te Anisterdam. Tijdens de vergadering werd per motie het Bureau voor Handelsinlichtingen te Amsterdam in het leven geroepen. Voorts werden wijzigingen van het consulaat-wezen dringend vereist geacht. De ontvangsten bedroegen f 2172.50. de kosten f 2626.38, het tekort f 453,88. In 1904 overleed secretaris Grootes. In 1905 werd A.H. Verkade uit Zaandam bestuurslid; hij zou dat lange tijd blijven. Onderwerpen van behandeling uit deze periode waren onder meer: de codering van archiefstukken, de afschaffing van nachtarbeid in broodbakkerijen en de vruchteloosheid van pogingen om omkoperij te beperken. In 1910 werd begonnen meteen handelsavondcursus. In 1914 werden de notulen voor het eerst ondertekend door E.A. Veen; dat zou daarna vele jaren gebeuren. Er werd een lezing gehouden door professor Volmer over het Taylor-systeem. Voorzitter Laan stelde f 50.000 beschikbaar voor de oprichting van een ambachtsschool en voorts f 10.000 aan het departement voor de bevordering van het onderwijs aan de handelsdag- en handelsavondschool. Vervolgens werd door de bemoeienis van het departement de Hogere Handelsschool opgericht. In 1917 trad voorzitter Laan af. Hij werd opgevolgd door KC. Honig. AH. Verkade werd secretaris. De Centrale Ambachtsschool werd in 1917 geopend; er waren dat eerste jaar 66 leerlingen. Voorts werd aandacht gevraagd voor de moeilijkheden met de levering van elektriciteit. De centrale in IJmuiden was overbelast en er liep slechts één kabel van Amsterdam-Noord naar Krommenie. Een bespreking werd gewijd aan de voorgestelde vereniging van de Zaanse gemeenten, het departement was daar niet vóór. Het argument daarvoor was dat de gemeente Zaan dam na de samenvoeging eenvoudig het tot dusver onjuiste geldelijke beheer zou kunnen verdoezelen. Wel was het departement er voorstander van om Koog, Zaandijk en `t Kalf te verenigen. alsook om een deel van Wormer bij Wormerveer te voegen. In de daarop volgende jaren werden veelvuldig activiteiten ontwikkeld door de in 1922 ingestelde bezuinigingsconimissie ter bestudering van de overheidsfinanciën, die als doelstelling had te komen tot een beter verantwoord financieel beleid. Aanvankelijk was het de bedoeling dat deze commissie onderzoek zou doen naar de mogelijkheden van overname van overheidsbedrijven door particuliere ondememingen. In 1925 bevorderde het departementdat in het provinciale wegenplan de nieuw aan te leggen Provincialeweg niet langs de Nauernase Vaart werd geprojecteerd. maar langs de Zaangemeenten. Voorts werd geprotesteerd te gen het voornemen van de pesterijen om het aantal bestellingen per dag terug te brengen tot drie. Enige jaren eerder werd de post nog vijf keer per dag besteld. In 1929 kwam het voorstel om voor de Zaan een Rivierschap in het leven te roepen. Geen enkele instantie had verantwoordelijkheid voor het beheer van de Zaan als scheepvaartroute. In verband met de verwachte hoge kosten werd het plan door het bestuur van het departement afgekeurd. Wel werd door het departement f 17000 bijeen gebracht om de drempel in de doorvaart van een nieuwe tolvrije provinciale brug te verlagen. De provincie aanvaardde dit plan echter niet. In de crisisjaren werd het voorstel gedaan ouderen te pensioneren. Dat mocht vooral niet bij een lagere leeftijd dan 60jaar gebeuren; de ervaring van de oudere werknemers konden de bedrijven niet missen. meende men. De PEN-centrale in IJmuiden werd “de duurste van Europa' genoemd. In 1937 werd W. Bruynzeel voorzitter van het departement en EA. Veen weer secretaris. Bestuursleden mochten nu slechts vier jaar aanblijven en waren daarna een jaar niet herverkiesbaar. Een uitzondering werd gemaakt voor de voorzitter en de secretaris; indien dat noodzakelijk werd geacht mochten zij acht jaar achtereen hun functie vervullen. In de oorlog werd E.A. Veen voorzitter. Aan de orde kwam onder meer een rapport van de provincie over de verontreiniging van de oppervlaktewateren. In deze periode kwamen de lunchbijeenkomsten in gebruik. Gepleit werd voor de oprichting van een Medisch Opvoedkundig Centrum. Na de oorlog werd verwoed gediscussieerd over de mogelijke annexatie van Duits gebied; er werd zelfs een enquete over dit onderwerp gehouden. Een hoogtepunt in de naoorlogse periode werd de organisatie van de landelijke ledenvergadering op 6 en 7 juni 1979 in De Speeldoos te Zaandam. De vergadering werd opgeluisterd door een bezoek van Prins Claus. Het onderwerp van de jaarvergadering was “Onderneming en Besluitvorming; een der inleiders was J. van Meer, lid van de raad van bestuur van Ahold. J. Simons: Literatuur.' mr. J. Bierens de Haan, Van Oeconomische Tak tot Nederlandsche Maatschappij voor N ijverheid en Handel, Haarlem; mr. IA. van Lanschot Hubrecht, Tweehonderd jaar geschiedenis van de maatschappij 1777-1977, Algemeen secretariaat.     
  • /home/zaanwiki/domains/zaanwiki.nl/private_html/encyclopedie/data/attic/maatschappij3.1456403594.txt.gz
  • Laatst gewijzigd: 2020/09/06 18:06
  • (Externe bewerking)