Husslage, Ger

Koog aan de Zaan, 23 maart 1923 - Broek in Waterland, 29 december 1999

Architect HBO-BNA aanvankelijk te Amsterdam en sinds 1976 tot 1999 woonachtig in Broek in Waterland. Husslage behaalde in 1943 het diploma MTS afdeling bouwkunde in Amsterdam en in 1944 de diploma's betonconstructeur en staalconstructeur aan het eveneens in de hoofdstad gevestigde Hoger Technisch Instituut (HTI). In 1946 verkreeg hij de Nijverheidsakte N III bouwkunde in Den Haag, in 1951 en 1953 volgden de diploma's VBO en HBO aan de Academie van Bouwkunst te Amsterdam.

Hij werkte van 1946 tot 1948 bij het bureau van Bernard Bijvoet (1889-1979) en prof. Gerardus Hendricus Holt (1904–1988) en dat van G.W. Tuynman te Amsterdam, van 1948-1950 bij H.C.P. Nuyten in Den Haag. In 1950 volgde samenwerking met N.H. Andriessen te Haarlem; in hetzelfde jaar associeerde hij zich met het architectenbureau Z.D.J.W. Gulden en I. Blomhert te Amsterdam. Dit bureau, de opvolger van het bekende bureau van Gulden en Geldmaker uit de periode van de Amsterdamse School, kreeg na de Tweede Wereldoorlog een rol in de Wederopbouw, in het bijzonder bij het ontwerpen van woningcomplexen.

In 1955 bouwde hij de bekende 18 witgeschilderde woningen aan de Ruysdaelkade te Wormerveer, in de stijl van de nieuwe zakelijkheid. In de periode 1952-1997 trad Husslage op als zelfstandig architect. In deze periode was hij verantwoordelijk voor circa 200 projecten in de woningbouwsfeer. Een groot aantal van deze projecten zijn te situeren in Amsterdam en omgeving, in het bijzonder in Noord-Holland.

In de Zaanstreek, maar met name in Amsterdam, werden circa 7500 woningen gerealiseerd, in diverse categorieën, eengezinswoningen, etagewoningen, galerijwoningen en torenflats. Voor woningbouw vereniging De Arbeid te Wormerveer ontwierp hij woningen in de Kerkbuurt, de Zeeheldenbuurt en aan de Albert Meynsstraat. Voor het bouwbureau Zaanse industrie ontwierp hij in hoog- en laagbouw 470 woningen in de wijk Poelenburg te Zaandam. Vervolgens kwamen in de wijken Poelenburg en Peldersveld voor de woningbouwvereniging Zaandams Volkshuisvesting 1025 woningen en de flats van de Kleurenbuurt ter hoogte van de Vermiljoenweg tot stand.

In verschillende gemeenten werden winkelcentra, buurt- en wijkvoorzieningen gerealiseerd, alsmede de torenflat voor de Humanistische Bejaardenstichting aan de Waranda te Beverwijk. In de gemeenten Ouderkerk en Enkhuizen bouwde hij bejaardentehuizen en in Amsterdam het Arie Kepplerhuis, een woongebouw voor werkende echtparen. Voorts renoveerde hij in den lande vele apotheken en restaureerde hij in Broek in Waterland een aantal houten panden.

De grootste opdracht in Amsterdam vormde het ontwerp voor het winkelcentrum van Osdorp aan het Osdorpplein in opdracht van L.J. Borst en Van der Meiden. Het ontwerp omvat winkels met etagewoningen. De winkels werden gebouwd voor Hema, De Gruyter, Vroom & Dreesmann, later Albert Heyn. Tot de opdracht behoorden ook een bioscoop, die niet tot uitvoering kwam, een café-restaurant, later ook een bankkantoor.

Naast zijn architectenpraktijk was Husslage ook vanaf 1978 docent bouwkunde aan het in 1939 opgerichte HTI te Amsterdam. Directeur van dat instituut was R. Jellema, auteur van het Leerboek ten dienste van het Hoger Technisch Onderwijs.

Het archiefbestand

Het archief Husslage is in 2001 door de familie in volledig eigendom aan het Stadsarchief Amsterdam geschonken en bestond uit een tekstueel archief en een bestand van 25.000 tekeningen. Het oeuvre van Husslage strekte zich uit over heel Nederland. Het acquisitieprofiel van het SAA: 'het verwerven, bewaren, ontsluiten en presenteren van de vastgelegde kennis omtrent de historische identiteit van Amsterdam' was bepalend voor het besluit tot integrale aanvaarding van het archief in 2001.

Echter, de geschatte kosten van behoud in 2007 waren aanleiding voor een kritische analyse van de in 2001 gemaakte keuze. Gekozen is voor behoud van een keuze van het Amsterdamse oeuvre, bestaande uit ca. 1000 tekeningen na selectie en schoning van het oorspronkelijke bestand van 25.000 tekeningen. Op deze wijze ontstond een representatieve selectie van een architectenarchief uit de periode van de Wederopbouw. Als zodanig geeft het een goed beeld van de toen heersende bouwstijl in de hoofdstad.

Om deze selectie tot een goed einde te brengen werd gekozen voor een mengvorm van een projectmatige en een categorale selectie. Het inhoudelijk belang was bepalend voor de projectmatige selectie: gekozen werd voor het behoud van die projecten die beschouwd konden worden als het meest karakteristiek voor de periode waarvan het archief-Husslage binnen het Stadsarchief het voorbeeld zou kunnen zijn.

Literatuur:

Guido Hoogewoud: 'Ger Husslage, een wederopbouwarchitect in het Amsterdamse Stadsarchief', in: Tjeerd Boersma, laverend op koers, Bonas, Rotterdam, 2007, 71-76.