Gezinsverzorging
Tak van georganiseerde maatschappelijke zorg, bestaande uit het ver- lenen van hulp waar deze noodzakelijk is. Deze hulp is van huishoudelijke, verzorgen- de en/of begeleidende aard en wordt gegeven in gezinnen of bij alleenstaanden. Doel ervan is de verzorgde in staat te stellen zo lang mo- gelijk in eigen omgeving te blijven. Gezins- verzorging in deze zin is omstreeks de laatste eeuwwisseling ontstaan. Voordien werd (al dan niet voldoende) huishoudelijke hulp bij ziekte gegeven door familieleden of buren. Vooral kerkelijke gemeenschappen si gna- leerden dat dit onvoldoende was en dat de ge- zinnen niet zelden ontredderd raakten als ze door langdurige ziekte werden getroffen. Er werden organisaties opgericht die zich ge- structureerd met deze vorm van hulpverle- ning gingen bezighouden. In de Zaanstreek (hier: Zaanstad, Wormer en J isp, ingedeeld in een aantal wijken) wordt de gezins- en bejaardenverzorging thans be- hartigd door de Stichting Thuishulp Zaan- streek, die in 1988 ontstond door een fusie van twee eerdere instellingen: de Stichting Gezinsverzorging te Zaandam en de Algeme- ne Stichting voor Gezinsverzorging Zaan- streek-Noord. Op hun beurt waren deze in- stellingen ontstaan uit verschillende kleine organisaties; in Zaandam waren de algemene en kerkelijke verenigingen voor gezinsver- zorging in 1972 samengevoegd, terwijl onge- veer tezelfdertijd de plaatselijke verenigin- gen in Assendelft, J isp, Koog, Krommenie, Wormer, Wormerveer en Zaandijk tot e'én hulpverlenende instelling samensmolten. Als gevolg van de fusie in 1988, waardoor dus de Stichting Thuishulp voor de gehele Zaan- streek ontstond, is nog een steunpunt in Wor- merveer gevestigd (een kantoorruimte in het Rinus Hille-centrum). De Stichting heeft haar hoofdvestiging in Zaandam (ds Martin Luther Kingweg 6) en zoekt naar e'én centrale vestigingsplaats met meer ruimte, in verband met de zich nog uitbreidende zorgverlening. De Stichting Thuishulp heeft een zeer groot aantal (in 1989: 850) medewerkenden in dienst voor de al dan niet gespecialiseerde hulp aan gezinnen, alleenstaanden en bejaar- den. Het overgrote deel van deze verzorgen- den werkt part-time; de hulpduur varieert sterk, van soms enkele malen, kort, per dag tot 24-uurszorg gedurende lange tijd. In be- perkte mate wordt ook `s avonds. `s nachts en in de weekeinden hulp verleend. De orga- nisatie van de verschillende soorten zorg, aan thans dagelijks ruim 800 cliënten die onge- veer 2300 bezoeken per dag vergen, vraagt veel zorg en vereist voortdurend planning op korte termijn. Het aantal uren verleende hulp bedroeg in 1988 bijna 665.000 en zal naar wordt verwacht binnen enkele jaren door de toenemende vergrijzing van de bevolking meer dan 700.000 bedragen. De verleende hulp is overwegend van huis- houdelijke aard, maar de Stichting heeft ook ziekenverzorgenden in dienst, terwijl een aantal medewerksters regelmatig wordt ge- confronteerd met bijvoorbeeld stervensbege- leiding. In feite heeft de zorgverlening hier raakvlakken met het kruiswerk, dat in Zaan- stad door de Stichting Samenwerkende Kruisverenigingen wordt georganiseerd. De aard van de thans door de Stichting Thuis- hulp verleende zorg wijkt meer en meer af van de vroegere hulp: meer dan tachtig pro- cent van de werkzaamheden bestaat inmid- dels uit hulpverlening aan ouderen (bejaar- den). Dit stemt overeen met de ontwikkelin- gen in de rest van het land. Voor het verkrijgen van hulp moet men een aanvrage indienen. Het is niet nodig daarbij een verwijsbrief van huisarts of specialist te overleggen. De aard en de omvang van de hulp worden in overleg tussen de Stichting en de hulpvrager bepaald. De kosten van de ver- zorging worden ten dele bestreden uit een ei- gen bijdrage van de gezinnen waar de verzor- ging plaats heeft. Deze bijdrage is inkomens- afhankelijk en bedraagt maximaal f 8,25 per uur; in de praktijk worden - afhankelijk van het inkomen - bedragen tussen de drie en tweehonderd gulden per week berekend. De inkomsten uit deze eigen bijdragen zijn on- voldoende om tot een kostendekkende ex- ploitatie te komen. Sinds 1 januari 1989 wordt de noodzakelijke aanvullende finan- ciering van de AWBZ (Algemene Wet Bij- zondere Ziektekosten) verkregen, vóór die datum werden de tekorten op andere wijze door de overheid gesubsidieerd. Een beschei- den deel der inkomsten bestaat uit de bijdra- gen van donateurs (minimaal f 18 per jaar); aan het donateurschap kunnen geen rechten of prijsreducties worden ontleend.