Dit is een oude revisie van het document!
Nationaal Steun fonds
Tienduizenden onderduikers en mensen die vanwege de oorlogshandelingen niet de mogelijkheid hadden inkomsten te verwerven, dankten hun financiële hulp in bezettingstijd aan het N.S.F., het Nationaal Steun Fonds. Het betrof een illegale organisatie, die werkte met alle middelen van de grote bankierswereld, doch waarover na de oorlog eigenlijk maar weinig bekend is geworden.
Het N.S.F. slaagde er in 86 miljoen gulden bijeen te brengen. Daartoe wendde men zich tot tal van grote instellingen die wel geld aan het N.S.F. mochten lenen, mits het bedrag van de lening minstens ƒ 25.000 bedroeg. Het mag vreemd lijken, maar er waren vele firma's, die gaarne geld aan het fonds afstonden, vooral toen de Nederlandse regering te Londen zich garant stelde voor een som van dertig miljoen gulden. De constructeur van het N.S.F. was de oudkoopvaardij-officier Walraven van Hall uit Zaandam die onder de schuilnaam Van Tuyl deel van de illegaliteit uitmaakte. Hij was de man die die door vaderlandsliefde en rechtvaardigheidsgevoel gedreven, het systeem uitvond, zilverbonnen als kwitanties te gebruiken. Wie geld leende, kreeg een zilverbon van een gulden of rijksdaalder. Het nummer daarvan werd opgetekend in een register en de eigenaar kon zich na de oorlog met zijn zilverbon weer komen melden.
Bankroof
Zelfs drong het N.S.F. door tot de Nederlandse Bank, die toen nog onder de strenge bescherming van Rost van Tonningen stond. Nadat de beveiliging onklaar was gemaakt slaagden mannen van het N.S.F. er in waardepapieren te ruilen voor imitaties. Het geschiedde bij kaarslicht en slechts dat maakte de truc mogelijk.
Uiteraard maakte de Sicherheitspolizei in de laatste bezettingswinter met inzet van alle krachten jacht op deze geduchte tegenstanders. Zware slagen troffen het N.S.F.: I. J. van den Bosch werd in de herfst van 1944 in het Noorden gearresteerd en op 27 oktober 1944 gefusilleerd. Walraven van Hall werd op 27 januari 1945 in Haarlem gevangen genomen met andere leden van het landelijk werkcomité en op 12 februari 1945 in Haarlem gefusilleerd.