Dikwijls gebruikte aanduiding voor het gedeelte van Noord-Holland ten noorden van het vroegere IJ , het huidige Noordzeekanaal. De naam is in 1921 gegeven aan het toen gevormde Hoogheemraadschapplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigHoogheemraadschappen

Zelfstandige lichamen, opgericht door Provinciale Staten en belast met de waterstaatszorg in een uitgebreid en welomschreven gebied. Ze worden bestuurd door een dijkgraaf en hoogheemraden benevens hoofdingelanden, een college, vergelijkbaar met dat van de burgemeester, wethouders en raadsleden die tezamen een gemeente besturen. (Zie
voor dit gebied, dat met ruim 142.000 hectare Nederlands grootste waterschap vormt. De Zaanstreek neemt in bedoeld gebied een eigen plaats in; van oudsher was men hier echter overwegend georiënteerd op Amsterdam en minder op de plaatsen en streken in het Noorderkwartier, waarvan de demografische en economische geschiedenis uitputtend is behandeld door prof. dr. A.M. van der Woudeplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigWoude, Ad van der

Utrecht, 11 juli 1932 - Ede, 14 juni 2008

Prof. dr. Adrianus Maria (Ad) van der Woude, Auteur van het proefschrift Het Noorderkwartier. Een regionaal historisch onderzoek in de demografische en economische geschiedenis van westelijk Nederland van de late middeleeuwen tot het begin van de 19e eeuw
in 'Het Noorderkwartier' (Utrecht 1983).

  • /home/zaanwiki/domains/zaanwiki.nl/private_html/encyclopedie/data/pages/noorderkwartier.txt
  • Laatst gewijzigd: 2020/09/13 18:32
  • door jan