Koog aan de Zaan 10 oktober 1871 - 19 september 1951

Molendeskundige, die van uitzonderlijk belang is geweest voor het behoud van een aantal windmolens, voor de verbreiding der kennis van de Zaanse molennijverheid en voor de documentatie van het molenbestand.

Boorsma stamde uit een arbeidersgezin, was sociaal zeer bewogen en gold politiek gezien als anarchist. Als jonge man was hij bevriend met F. Domela Nieuwenhuis. Zijn opvattingen vertolkte hij later in een aantal schetsen onder de titel Oud Zaansch Molenleven bestaande uit twee delen, Koog 1927 en 1948).

Zijn belangrijkste boek was echter Duizend Zaanse Molens (Amsterdam 1960), een nauwkeurige behandeling van de geschiedenis van vrijwel alle molens die ooit in de Zaanstreek werkten, voorafgegaan door een beschrijving der verschillende typen, zowel wat betreft de vorm en de werking als de aard der vervaardigde producten.

Daarnaast publiceerde hij vele artikelen in 'De Zaanlander' en een aantal als brochure uitgegeven geschriften over onder meer het molenleven en de taal, de molens in Assendelft en het molenpanorama in Het Pink in Koog.

Op zijn initiatief werd in 1925 in de Koger school een tentoonstelling ingericht, die de aanleiding vormde tot de oprichting van de Vereniging De Zaansche Molen. Zowel Pieter Boorsma, als zijn vrouw, Trijntje Boorsma-Hammer, werden tot erelid van deze vereniging benoemd.