Kaars Sijpesteijn
Ondernemersgeslacht in de 18e, 19e en 20e eeuw.
De belangen van de familie Sijpesteijn in de zeildoekfabricage werden geërfd van de familie Kaars. Jan Sijbrantsz. Kaars (1735-1812), zeildoekreder uit Krommenie, was gehuwd met Etje Pieters Kuyper (1736-1781), eveneens stammend uit een rolredersfamilie. Hun dochter Bregje Kaars (1775-1803) trouwde Hendrik Sijpesteijn (1773-1835), zoon van Willem Sijpesteijn (1739-1818) en de zeer vermogende Trijntje Streek. Deze Willem was afkomstig uit Nieuw Loosdrecht, werd onderwijzer en werd als zodanig in 1759 naar Assendelft beroepen, waar hij later onder andere secretaris werd van de Hoge Heerlijkheid en zelfs notaris. Hij was daarnaast geïnteresseerd in de rederij van de papiermolens De Dolfijn, Deplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigDolfijn, De
Houtzaagmolen in Westzaan, vermoedelijk paltrok. De windbrief werd gegeven in april 1641. Hij heeft gestaan aan en ten westen van De Gouw, achter het Koperbergspad, en werd kort na mei 1754 gesloopt. en De Bestevaer, Deplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigBestevaer, De
De Bestevaer, oliemolen en later papiermolen in Assendelft. De eerste vermelding dateert uit 1649. In 1669 was hij al ingericht als papiermolen. Hij stond aan de Delft, tegenover de Kerkbuurt, en verdween kort na december 1848 door sloop..
Hendrik en Bregje verhuisden van Assendelft naar Krommenie. Hij noemde zich gepatenteerd koopman en was onder andere mede-eigenaar van een smakschip. Zij hadden een zoon Willem aan wie grootvader Jan Kaars zijn aanzienlijke rolredersbelangen vermaakte. Onder voorwaarde dat Willem voortaan ook de naam Kaars zou voeren en zijn talen en boekhouden zou leren. Willem Kaars Sijpesteijn (1800-1855) huwde Comelia Verhagen (1805-1881) uit Beverwijk en werd een voornaam man in Krommenie.
Scheepsreder
Naast zeildoekfabrikeur was hij koopman en vooral ook scheepsreder. In 1845 begaf hij zich ook in het olieslagersvak en nam hij de oliemolen De Vrede, deplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigVrede, de
Houtzaagmolen te Oostzaandam, bovenkruier. De Balkenzager werd gebouwd in 1839. Hij werd in mei 1848 door brand verwoest, waarna herbouw volgde. Hij heeft gestaan aan en ten westen van de Gouw, op enige afstand en ten noorden van de Hanenpadsloot en werd in juli 1899 opnieuw door brand verwoest. over van de weduwe Catharina Vas Visser (1835-1914). Later volgde nog De Bakkerplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigBakker, de
Oliemolen te West-Knollendam. De windbrief werd gegeven in augustus 1689. Hij was vanaf de Zaan de eerste molen aan de Tochtsloot en ging in januari 1909 geheel door brand verloren.
oliemolen molen eveneens in Westknollendam. Hij was lid van de gemeenteraad, van Provinciale en Gedeputeerde Staten en buitengewoon lid van de Tweede Kamer. Van zijn dochters trouwde Agatha Imina met Jan Prins, stoomoliefabrikant, en Maria Cornelia met Jan Alexander Dekker, trasmaler, beiden te Wormerveer.
Van zijn vier zonen werd Willem Cornelis (1840-1895) herenboer. Hendrik Pieter (geboren 1848) werd op 24 december 1881 in Amsterdam vermoord. Hij was toen 33 jaar oud. Zijn oudste zoon Bregtus Willem Kaars Sijpesteijn (1827-1870), gehuwd met Cornelia Wilhelmina Dekker (1830-1917), zuster van Jan Alexander (hiervoor genoemd), ging aanvankelijk na zijn vaders dood samen met zijn broer Pieter Hendrik als compagnons verder.
Hij toonde voor zijn tijd zeer vooruitstrevende politieke ideeën en had een dermate eigen wijze van zaken doen dat Pieter Hendrik in 1861 het firma-contract tussen hen beëindigde. Hierdoor werden de broers concurrenten van elkaar. In 1861 installeerde Bregtus nog een stoomwerktuig voor de beukmolen en garendrogerij, maar al gauw kwam hij in financiële moeilijkheden. Hij vertrok in 1869 naar Zuid-Amerika, waar hij kort daarna overleed.
Pieter Hendrik Kaars Sijpesteijn (1834-1903), gehuwd met Maartje Vis (1834-1879) dochter van de Wormerveerse peller Albert Vis en Neeltje Groen, nam kort daarna de zaken van Bregtus over en werd toen de enige opvolger in zaken van zijn overgrootvader Jan Kaars. Hij was naast zeildoekfabrikant en olieslager ook assuradeur en een der laatste particuliere reders in Nederland. Hij handelde onder eigen naam (PHKS). Toen aan het eind van de jaren negentig van de 19e eeuw de oliezaken in moeilijkheden kwamen door de lage olieprijzen, zocht hij naar alternatieven waarbij zijn kennis en producten bruikbaar zouden zijn.
Linoleumfabriek
Wellicht is hij door zijn vriendschap met de vader van een kostschoolvriendin van zijn jongste dochter, Sir William Treloar, op een idee gebracht. Sir William had een linoleumfabriek in Greenwich, waarbij zowel lijnolie als jute als grondstof diende. Beide producten werden door de firma PHKS gemaakt. Hoe het zij, men verwierf in Schotland een licentie voor het Walton-systeem en richtte in 1899 de N.V. Linoleum Fabriek (NLF) op (zie: Forbo Krommenie bvplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigForbo Krommenie bv
Fabrikant van linoleum en vinyl, handel in linoleum, vinyl, tapijt, onderhouds-, plak- en egaliseermiddelen, afwerkingsproducten zoals plinten, profielen en lasdraden; statutaire zetel in Krommenie, feitelijk gevestigd te Assendelft. Krommenie bv).
Pieter Hendrik en Maartje hadden drie dochters. Cornelia (1858-1944), die met George Herman Cremers huwde. Maria Cornelia (1861-1948) getrouwd met Pieter Smidt van Gelder Pz en Johanna Albertina, die trouwde met Pierre Joseph Ernest Lefebvre. Hun zoon Albert overleed zeer jong en hun overige twee zonen Willem en Pieter Hendrik werden in zaken opgenomen. Willem Kaars Sijpesteijn (1860-1934), gehuwd met Johanna Antoinette van Laar (1860-1904) en Pieter Hendrik Kaars Sijpesteijn (1864-1934), gehuwd met Agathe Cornelia Crok, werden firmant van de firma PHKS en medeoprichter van de Linoleum Fabriek.
In 1920 traden zij terug, waarbij de firma PHKS werd omgezet in een C.V.. waarin zij beiden commanditaire vennoten werden. Willems zonen Pieter Hendrik Kaars Sijpesteijn (1885-1954), gehuwd met Helena Caroline Wijsman (1893-1987), ir. Willem Kaars Sijpesteijn (1888-1970), gehuwd met Elisabeth van der Feen de Lille en ir. Johannes Conradus Kaars Sijpestijn (1890-1972) gehuwd met Johanna Maria Holst, werden beherende vennoten van de C.V. PHKS. In 1911 werd de tweede zoon van Willem, Gerrit Willem Adriaan Kaars Sijpesteijn (1887-1927) directeur van de Nederlandse Linoleum Fabriek.
Na zijn overlijden werd hij opgevolgd door zijn broer ir. J.C. Kaars Sijpesteijn en zijn neef Ernst Kaars Sijpesteijn (1900-1988), zoon van Pieter Hendrik. In 1929 sloot de NLF zich aan bij de Continentale Linoleum Union, waar Duitse, Scandinavische en Zwitserse bedrijven deel van uitmaakten. Strikt genomen was de NLF daardoor geen familiebedrijf meer, hoewel nog vele leden van de familie daarin een leidende rol vervulden. In 1936 nam de C.V. PHKS de oliefabriek Crok & Laan (zie: Croklaan bvplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigCroklaan bv
Producent en verwerker van oliën en vetten, met name cacaoboter vervangende vetten, te Wormerveer; oorspronkelijk zelfstandig, na eerdere wisseling van eigenaar sinds 1971 onderdeel van het Unileverconcern, en sinds 2002 behorend tot de Maleisische IOI Group.) over, waar voorlopig de heer Wijsman, zwager van Pieter Hendrik, directeur bleef.
Croklaan
Na de oorlog werden de textiel- en oliebelangen gebundeld in de N.V. Verenigde Textiel- en Oliefabriek (VETO) met Pieter Hendrik als enig commissaris en Willem en Jan als directeur. Zij werden weer opgevolgd door de zonen van Pieter Hendrik, Johan Hendrik Kaars Sijpesteijn (1917-1987) en Robert Kaars Sijpesteijn (1919-1993), die zich speciaal met de textielfabriek bezig hielden, terwijl de zoon van Jan, ir. Willem Kaars Sijpesteijn (geboren in 1920) de oliefabrieken onder zijn hoede kreeg. In 1969 werden de belangen van de textiel- en oliebedrijven gesplitst en werden de oliefabrieken ondergebracht in een aparte N.V. Croklaan, die in 1971 door de Nederlandse Unilever Bedrijven werd overgenomen.
De textielfabriek ging echter nog steeds als besloten familiebedrijf verder. De andere twee zonen van ir. J.C. Kaars Sijpesteijn, Casper Hendrik Kaars Sijpesteijn (geboren in 1917) en Gerrit Willem Adriaan Kaars Sijpesteijn (geboren in 1925) werden directeur van de NLF. Zie ook: Aardappelen- en groentendrogerijplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigAardappelen- en groentendrogerij
Tussen 1917 en 1920 door oliefabriek De Vrede te Westknollendam (eigendom van de fa. P.H. Kaars Sijpesteijn) bedreven activiteit, samenhangend met de penibele voedselsituatie in de Eerste Wereldoorlog. De benodigde snij-, droog- en wasmachines werden geleverd door de NV Nederlandsche Groenten- en Vruchtendroogerij te Breda, waarmee een samenwerkingsovereenkomst werd afgesloten., Croklaan bvplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigCroklaan bv
Producent en verwerker van oliën en vetten, met name cacaoboter vervangende vetten, te Wormerveer; oorspronkelijk zelfstandig, na eerdere wisseling van eigenaar sinds 1971 onderdeel van het Unileverconcern, en sinds 2002 behorend tot de Maleisische IOI Group., Forbo Krommenie bvplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigForbo Krommenie bv
Fabrikant van linoleum en vinyl, handel in linoleum, vinyl, tapijt, onderhouds-, plak- en egaliseermiddelen, afwerkingsproducten zoals plinten, profielen en lasdraden; statutaire zetel in Krommenie, feitelijk gevestigd te Assendelft., Olieslagerij en -fabricageplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigOlieslagerij en -fabricage
Belangrijke drager van de Zaanse economie, ontstaan in het begin van de 17e eeuw, na 1930 grotendeels verdwenen.
Algemeen
Een olieslagerij was een inrichting waarin door persen olie of vet werd gewonnen uit grondstoffen van plantaardige of dierlijke herkomst. Door pletten of malen, bevochtigen en verwarmen werd het materiaal in de vereiste conditie gebracht. Als men daar vervolgens druk op uitoefende, scheidde de olie zich af van de vaste bestanddelen, die dan als …, Rederijplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigRederij
De scheepvaart heeft gedurende de 17e eeuw (maar ook later, tot zelfs ver in de 19e eeuw) grote hinder en schade ondervonden van de zeeroverij. De Duinkerker kapers waren berucht. De uit en naar Amsterdam en de Zaanstreek varende zeilschepen kozen zelfs dikwijls een route waarbij de vaart door het nauw van Calais werd vermeden. Men voer dan westelijk om Engeland en bleef ver van de Franse kust. Het is aardig dat in de Zaanse streektaal daaraan een uitdrukking bleef herinneren. Zaankante… en Tufton bv, Koninklijkeplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigTufton bv, Koninklijke
In 1981 opgerichte fabriek voor de vervaardiging van 'getuft' tapijt volgens een bijzonder procédé. Daarbij worden nylongarens gebruikt die een 'pool' vormen op een pvc-onderlaag. Het product is in hoge mate slijtvast, heeft een groot vuil-opnemend vermogen, laat geen stof of vocht door naar de onderliggende vloer en kan snel en eenvoudig worden gereinigd. Om deze redenen wordt het veel toegepast in openbare ruimten en gebouwen, winkels enz., alsmede de verschillende hoofdstukken van Economische geschiedenisplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigEconomische geschiedenis
1. Economische ontwikkeling vóór 1580 (bladzijde 189 en volgende)
2. Economische ontwikkeling van de Zaanstreek in de periode 1580-1800 (bladzijde 192 en volgende)
3. Economische ontwikkeling van de Zaanstreek na 1800 (bladzijde 205 en volgende)
Bij het begin vap elk hoofdstuk is een opgave geplaatst van de behandelde economische sectoren en eventuele andere met het onderwerp samenhangende onderwerpen. Van hoofdstuk 1 treft u de inhoudsopgave hieronder aan. Door midd… geschiedenis.
Ir. E.B. van Gelder
Literatuur:
K. Woudt, Van Canefas tot Coral, de geschiedenis van een Krommenieër familie-onderneming, Krommenie 1987.