Onderkruier
Soms gebruikte aanduiding van molentypen waarvan bij het op de wind zetten de gehele molenromp wordt gedraaid ('gekruid', Zaans: 'verkroden'). De naam onderkruier ontstond om de tegenstelling aan te geven met de bovenkruier, dat in de Zaanstreek het meest gangbare type werd en waarvan alleen de kap met het wiekenkruis wordt gekruid. Tot de onderkruiers wordt in de eerste plaats de Paltrok gerekend. Ook Standerdmolen en Wipmolen kunnen feitelijk als onderkruiers worden beschouwd.