Bax, Willem
Zutphen 16 november 1836 - Den Dolder 29 mei 1918
Nederlands hervormd predikant, één van de eerste predikanten die tot de SDAP toetraden. Ds. Bax was tussen 1884 en 1910 voorganger te Zaandam-Oost, in deze periode lag ook zijn toenadering tot de arbeidersbeweging. Bax groeide op te Zutphen, zijn vader, orthodox predikant, overleed jong. Na zijn studie theologie te Leiden werd hij achtereenvolgens predikant te Herkingen (1861), Delden (1863), Zierikzee (1874) en Zaandam-Oost (1884-1910). Na zijn emeritaat vertrok hij naar Amsterdam, waar hij een studie economie volgde. Hij overleed in Den Dolder.
De bittere armoede, die hij onder de landarbeiders van Delden aantrof, bracht hem het eerst met het sociale vraagstuk in contact, maar pas in Zaandam werd zijn belangstelling gewekt voor de sociale strijd. Toen in april 1890 Domela Nieuwenhuis hier een spreekbeurt over De eisen der arbeiders kwam vervullen, stelde Bax daarvan voor de Zaanlandse Courant een verslag op, waaraan hij enkele kritische opmerkingen toevoegde. Enkele Zaanse socialisten verzochten hem daarop, met Domela te debatteren over het sociale vraagstuk. Dit debat vond op 21 mei plaats. Bax sprak daarin wel zijn waardering voor het socialisme uit, maar gaf tevens te kennen het als een onbereikbaar ideaal te beschouwen. Intussen trad hij toe tot de Volkspartij en verdiepte hij zich meer en meer in het sociale probleem en het socialisme.
Op 23 december 1890 sprak hij te Amsterdam over het moderne protestantisme in betrekking tot de sociale kwestie. Toen in 1894 de predikanten Andries Willem Bronsveld, Sietze Douwes van Veen en Johan Karel Koch aan de algemene synode van de Nederlands-Hervormde kerk een motie voorstelden van deze inhoud: De Synode betreurende de wijze, waarop de heer Bax deelneemt aan de strijd tegen het privaat-bezit en de bestaande orde der maatschappij, gaat over tot de orde van de dag, antwoordde Bax daarop in een Verdediging en terechtwijzing ten opzichte een synodale motie. Onuitgesproken toespraak (Amsterdam 1894). 'Wat voor afkeuringswaardigs vindt de synode toch in mij, die in het openbaar als mijn overtuiging heb uitgesproken, dat de maatschappij zich beweegt in de richting van een onvermijdelijke economische omkering die het privaatbezit zal doen plaats maken voor gemeenschappelijk bezit en dat die omkering krachtig zou meewerken aan de verzekering van een menswaardig bestaan aan allen?'
Teleurgestelde kerkelijken
Bax meende dat de kerk te kort was geschoten in het bijstaan van arbeiders in bijvoorbeeld zelfstudie, of de strijd tegen drankmisbruik. Deze mening ventileerde hij ook op de openbare bijeenkomsten waar hij met regelmaat sprak. Deze bijeenkomsten werden met name ook veel bezocht door teleurgestelde christenen; de Zaanstreek was overigens ook toen al een van de meest onkerkelijke streken van Nederland.
Bax zag de ontkerkelijking, die aan de Zaan groot was, mede als schuld van de kerk. Hij wist dat de arbeidersbeweging behalve materialistische ook die zedelijke waarden wilde dienen die de kerk te lang had vergeten. Dat dit juist was gezien, bleek op zijn vele propagandatochten door het land, waarbij hij door zijn uiterlijk en manieren, door zijn bewogenheid en populaire spreektrant vaak honderden toehoorders had die voor een groot deel uit teleurgestelde kerkelijken bestonden die niet ongelovig waren. 'Want wat betekent ons christendom, indien het zich ook niet openbaart in een protest tegen hetgeen ons op welk gebied dan ook onrechtvaardig toeschijnt'. Soms geraakte Bax in levensgevaar (Roermond, 1893).
Eerst in Zaandam, vervolgens in Leeuwarden, werd hij door de socialisten kandidaat gesteld voor de Tweede Kamer. Geen van beide keren werd hij echter gekozen. Pas in 1897 sloot hij zich aan bij de SDAP, waarin hij een van de eerste predikanten was. Bax was radicaler dan zijn collega's en geestverwanten Johannes Theodorus Tenthoff, Johannes van Loenen Martinet, Auke-Willem Kamp en A.W. van Wijk. In de SDAP heeft Bax geen rol gespeeld. Wel heeft hij bewerkstelligd dat jongere vrijzinnige collega's de strijd voor de ontmoeting tussen christendom en socialisme voortzetten. Aan De Blijde Wereld, opgericht in 1902, en de socialistische predikantenvereniging (1907) nam hij niet meer deel.
De rooie dominee
In 1915 werd hij erelid van het Religieus-Socialistisch Verbond. In de Zaanse socialistische beweging werd hij één van de populairste figuren. Met zijn vriendelijk gezicht, zijn levendige ogen en zijn grijze krullen, buitenshuis gedekt door een grote flambard, was de rooie dominee op arbeidersbijeenkomsten altijd een welkome verschijning. Zijn woord bezat een groot gezag en werkte kalmerend op de gemoederen, wanneer de golven van de discussie te hoog dreigden te slaan.
Bax' toespraak over het antisemitisme in zijn tijd verscheen in 1881 onder de titel Splinter en balk. Met L.R. Oldeman schreef hij in 1889 een open brief aan W.L. Vogelsang, de ontdekker van het oorzakelijk verband tussen de nieuwe zedenleer en de reeds van zeer ouden tijd dagteekenende Zaandamsche brooddronkenheid (Een ontdekker ontdekt, Zaandam 1889).
Het verslag van het debat met Domela Nieuwenhuis over het wezenlijk belang der arbeiders op 21 mei 1890 beleefde nog in hetzelfde jaar een herdruk. Zijn toespraak Enige gedachten over vijf punten van het program der Volkspartij verscheen eveneens als brochure (Zaandijk 1891).
De rooie dominee was nooit lid van de Sociaal Democratische Bond, maar sloot zich in 1897 wel aan bij de Sociaal Democratische Arbeiders Partij. Binnen deze partij speelde hij geen vooraanstaande rol. Wél was hij auteur van een aantal (korte) publicaties.
In zijn verschillende gelegenheidsgeschriften heeft Bax zich steeds gekeerd tegen de onzuiverheid die hij aanvoelde. Hij pleitte voor algemeen kiesrecht, voor geheelonthouding en voor het rentmeesterschap. Hij was in zijn jeugd geholpen, nu moest hij anderen helpen. In blijmoedig verwachten van het komende grote was ook het kleine werk als catechisatie en huisbezoek hem lief. De tegenstelling die Fr. van der Goes constateerde tussen Bax, die meende dat het socialisme het christendom diende, en de Blijde Werelddominees, die het socialisme door het christelijke wilden verbeteren, bestond niet.
In Zaandam is een straat naar de predikant vernoemd.
Bron: oa BWSA