Streekvervoer
Door particulieren of overheid gedreven autobusdienst voor personenvervoer. Het streekvervoer in de Zaanstreek werd tot 1991 verzorgd door de Enhabo en de NZH; tot 1972 ook door de NACO (die dat jaar werd overgenomen door de NZH). Enhabo werd in 1991 door NZH overgenomen. In 1999 fuseerde de NZH samen met 3 andere bedrijven tot Connexxion. Er worden ook lijnen gereden door EBS. Streekvervoer is een onderdeel van het openbaar vervoer. Hiertoe behoren (behoorden) ook beurtvaartdienstenplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigBeurtvaart binnenvaart
Het vervoer te water is duizenden jaren afhankelijk geweest van óf menselijke of dierlijke spierkracht óf van de wind als krachtbron. Het kon alleen plaats hebben met geroeide of gezeilde vaartuigen, dan wel met voortgeboomde of met een jaaglijn getrokken scheepjes. Zeker in de waterrijke Zaanstreek waren de bewoners vrijwel geheel op het vervoer te water aangewezen, hetzelfde gold voor de aan- en afvoer van de bedrijven, die dan ook aan vaarwater waren gesitueerd. De Zaa… (zie ook: Alkmaar Packetplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigAlkmaar Packet, NV
Bootdienst over onder andere de Zaan tussen Amsterdam en Alkmaar, zowel goederen- als personenvervoer. In 1863 bewoog zakenman C. Bosman enige andere zakenlieden er toe een commanditaire vennootschap op aandelen aan te gaan, welke onmiddellijk overging tot het doen bouwen van een schroefstoomboot. Deze moest een geregelde dienst gaan onderhouden tussen Alkmaar en Amsterdam. Reeds langere tijd voeren er veren tussen Zaandam en Alkmaar enerzijds, en Zaandam en Amsterdam anderzi…). ponten (zie: Oeververbindingenplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigOeververbindingen
Aanvankelijk waren de enige oeververbindingen in de Zaanstreek de dammen in de Zaan en de met roeibootjes gevaren pontveren.
Wormerdam/Knollendam
Volgens sommigen was er reeds vroeg een Wormerdam aanwezig, die in het midden van de 14e eeuw werd weggegraven en vervangen door de en Hempontplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigHempont
Sinds 1890 onderhouden veerdienst over het Noordzeekanaal, aanvankelijk geëxploiteerd door de Amsterdamsche Kanaal Maatschappij, daarna met kosteloze overtocht voor (brom)fietsers en wandelaars.
Een aantal jaren vóór de openstelling van het Noordzeekanaal in 1867 werd een overeenkomst gesloten tussen Zaandam en de Amsterdamsche Kanaal Maatschappij, waarin vastgelegd dat de maatschappij zal aanleggen, onderhouden en bedienen een pontveer voor voetgangers en voertuigen over het kanaal o…), Veerdienstplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigVeerdienst
Regelmatig onderhouden bootverbinding, vooral tussen de verschillende Zaanse gemeenten en Amsterdam, voor het vervoer van goederen en met name personen. De eerste veerdienst in de Zaanstreek ontstond waarschijnlijk in de late middeleeuwen en werd onderhouden tussen Assendelft en Kennemerland. In de 16e eeuw ontstond een intensieve beschuitvaart tussen Wormer/Jisp en Amsterdam. Niet tot de veerdiensten worden gerekend de tramdiensten (zie: Paardetramplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigPaardetram
In 1891 is in de Zaanstreek serieus de instelling van een paardetram overwogen. Om betere verbindingen tussen de Zaangemeenten te bereiken was overigens al sinds 1881 gespeeld met de gedachte een stoomtram aan te leggen. Met het oog op de veiligheid, vooral in de Westzijde te Zaandam, ging de voorkeur tenslotte uit naar een paardetram. De gemeenten wisten onderling echter geen overeenstemming te bereiken. Aan het begin van de 20e eeuw ontstond opnieuw het plan voor een stoomtram, waa…) en de Spoorwegenplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigSpoorwegen
Voor de aanleg van de Noord Hollandsche Staatsspoorweg Uitgeest-Zaandam werd reeds in 1856 concessie verleend. De lijn werd van het noordwesten uit aangelegd en in 1869 door de Hollandsche IJzeren Spoorwegmaatschappij (H.IJ.S.M.) in exploitatie genomen. Langs de lijn kwam in de Zaanstreek een viertal stations. Het station Krommenie/Assendelft lag vlak ten zuiden van Krommenie (2500 inw. ). maar op het grondgebied van de gemeente Assendelft, Wormerveer (1000 inwoners) kreeg een statio… Autobusdiensten in Nederland bestaan sinds het einde van de Eerste Wereldoorlog.
De eerste Zaanse autobusdienst werd in 1922 begonnen door IB. Reimerink. De eerste autobussen waren omgebouwde vrachtauto's, waarbij op het chassis een houten carrosserie was gebouwd. Vanaf het einde van de jaren `20 ging men ook metalen carrosserieën bouwen, terwijl men toen ook speciale autobussen ging bouwen, vooral door de ruimte die men daarmee won. Zaandammer J.B. Reimerink reed vanaf eerste Paasdag 1922 met zijn bus door de Zaanstreek. In de houten carrosserie waren slechts enkele lichtgaatjes aangebracht; de bus verwierf zich bijnamen als dievenwagen en hobbelende geit. Reeds na een halfjaar moest Reimerink de busdienst wegens gezondheidsproblemen beëindigen.
Reymerink kreeg snel concurrentie van de Zaandijker H.C. Betlem. Deze had in de Verenigde Staten ideeën over een busdienst opgedaan en begon in mei 1922 een dienst van de Damplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigDam
Straat te Zaandam die zijn naam ontleent aan de Hogedam in de Zaan, waar Zaandam naar werd vernoemd.
De Dam, die de Zaan van het buitenwater, IJ/Zuiderzee, afsloot, was in het zuiden eeuwenlang de enige landverbinding tussen de oostelijke en de westelijke Zaanstreek. Het is niet bekend wanneer de Dam precies werd opgeworpen. Zeker is dat hij er in 1314 was; vermoed wordt dat hij aan het einde van de 13e eeuw werd aangelegd. De Hogedam was van uitermate groot belang voor de ontginning en h… te Zaandam tot de Veerbrug over de Nauernase Vaartplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigNauernasche Vaart
Kanaal met een lengte van 8,5 kilometer tussen de Tochtsloot bij Westknollendam en Zijkanaal D van het Noordzeekanaal bij Nauerna.
Het kanaal is in 1633 aangelegd. Daarbij is de loop van het doodlopende water 't Twiske gebruikt. Het werd aangelegd om voldoende afwateringsmogelijkheden voor de Schermerboezem te verkrijgen, toen de Schermer werd ingepolderd. Men koos de gemakkelijkste oplossing door gebruik te maken van het al aanwezige Twiske en van de eveneens aanwezige Naue…. Ook Betlem onderhield zijn dienst een half jaar. Hij kreeg heimwee naar Amerika en wist zijn busdienst, Omnibusmaatschappij Zaanland, te verkopen. In december 1922 begon D. Zwart (zie. Zwart, Cornelisplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigZwart, Cornelis
(Alphen a/d Rijn 12 februari 1895-Neuengamme 23 november1944)
Verzetsman, gearresteerd in Zaandam 23-11-1943 . UITZOEKEN
Zie: Tweede Wereldoorlog 3. en 4. Beheer) onder de naam Eerste Wormerveersche Autocentrale (EWAC) met een T-Ford een busdienst tussen Zaandam en Krommenie. In de daaropvolgende jaren ontstonden er verscheidene busdiensten in de Zaanstreek: Bethlems Autobusdienst, BO.CO. Bus, Gesink en Terwey (zie: JW. Gesink & Zn., Wplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigGesink & Zn., W
Autobedrijf te Koog. Het bedrijf werd opgericht in juni 1923 door W. Gesink en C. Terwey en hield zich aan- vankelijk uitsluitend bezig met de reparatie van auto`s. Later begon het bedrijf ook met busdiensten (1923- 1952), een reisbureau (1930- 1950) en tenslotte ook de verkoop van auto's (vanaf 1946). De juridische vorm werd in 1975 omgezet in bv. Gesink is thans (1987) dealer voor de Zaanstreek van het Franse automerk Peugeot. Bij het bedrijf waren in 1991: 13 personen in dien… De Janneman, Fonteyn, N. Voort, Kaat en Wezel, N. Zwart, J. Wortdrager en J. Verveen (VODO).
Op 1 september 1924 reden er veertig autobussen in de Zaanstreek en er was scherpe concurrentie. Ondernemers kwamen samen in maatschappijen. De Maatschappij Zaanland had veertien autobussen in dienst, de Gecombineerde Autobusdienst elf, de Verenigde Autobusdienst zeven, terwijl er acht wilde diensten waren. In november 1924 werd de Maatschappij tot het Exploiteren van Autobusdiensten (MEA) opgericht. Hierbij sloten zich aan; Fonteijn, Gesink, Kaat, Terwey, Wezel en Zwart. De MEA en De Zaanland werden nu de grote concurrenten, duidelijk van elkaar te onderscheiden doordat de MEA met rode bussen reed en de Zaanland met blauwe. Gebruikers van de diensten profiteerden van de concurrentie doordat de prijzen laag werden gehouden, anderzijds was een busrit niet altijd zonder risico: meermalen werden bussen door de concurrent van de weg gereden.
Vanaf mei 1927 gaven Provinciale Staten vergunningen voor busdiensten af. J. Lenselink kreeg toestemming om met twee Fords, elk 13 zitplaatsen en een GMC, 20 zitplaatsen op de lijn Zaandam-Hempont-Amsterdam te rijden. J. Onrust, Oostzaan, mocht met zijn Ezaco met hetzelfde materiaal op de lijn Zaandam-Oostzaan-Kadoelen-Amsterdam rijden. De firma Raadit en Kistemaker uit Purmerend, reed onder meer de dienst Purmerend-Wijdewormer-Zaandam. J. en P. Fonteyn, Wormer, onderhield met vijf Fords (13 zitplaatsen) en een White (21 zitplaatsen) drie diensten; Wormerveer - Purmerend - Edam. Assendelft-Purmerend (uitsluitend op dinsdag, de marktdag te Purmerend) en Wormerveer-Jisp. N. de Ruyter en J. de Groot (beiden uit Jisp) reden elk met een Ford eveneens de dienst Wormerveer-Jisp. J. van Battem (Zaandijk) onderhield met de onderneming VICO de diensten Wormerveer-Beverwijk en in de zomermaanden (op woens-, zon- en feestdagen) Koog-Castricum, met drie bussen (2 GMC's en een Fiat). J van Leeuwen (Koog) mocht met vier Dodges (21 plaatsen) rijden op het traject Amsterdam Kadoelen-Oostzaan-Overtoom-Zaandam -Koog.
De op 1 augustus 1921 te Landsmeer door E. van der Does opgerichte Eerste Noord-Hollandsche Bus-Onderneming (Enhabo) mocht op vier trajecten rijden, waaronder Oostzaan-Amsterdam en Oostzaan-Purmerend (uitsluitend op dinsdag). De Enhabo had op dat moment reeds twaalf personeelsleden en beschikte over zes bussen (totaal 99 zitplaatsen). D. Zwart mocht op dinsdagen van Wormerveer naar Purmerend rijden. De nv Omnibus Zaanland (Zaandam) mocht twee diensten onderhouden; van Wormerveer ( Krommenieërbrug) naar Zaandam en Zaandam-Westzaan-Koog-Zaandijk-Kalf. Zaanland had vier Fords (13 zitplaatsen), vijf Fords AIC-bussen (24 zit- en 3 staanplaatsen) en twee Minerva-bussen (25 zit- en 4 staanplaatsen). De MEA mocht met negen bussen (2 GMC`s, 3 Fords, 1 Renault, 1 Maso Road King, 1 Horch en 1 White, met in totaal 167 zit- en 7 staanplaatsen) rijden op de lijn van Wormerveer ( Krommenieërweg) naar Zaandam.
Naar schatting waren er eind 1927 ruim honderd personen werkzaam bij de gelicenceerde busondernemingen. In de vergunningen van de MEA en Zaanland waren wat bijzondere bepalingen opgenomen. Bij aanschaf van nieuw materiaal waren beide concurrenten verplicht hetzelfde materiaal te kopen. Zo ontstond een uniformiteit in de bussen, hetgeen de herkenbaarheid vergrootte. Beide bedrijven werden ook verplicht een gelijke snelheid te handhaven. De MEA ging snel over tot aanschaf van vier nieuwe bussen; Fonteyn, Gesink en Terwey, Kaat en Wezel en Zwart kochten elk een International met 21 zitplaatsen. Een buskaartje Wormerveer-Zaandam kostte bij de MEA tien cent en bij Zaanland elf cent. Door de concurrentie werden de prijzen laag gehouden. In de jaren `30 ging een groot aantal wilde ondernemingen failliet, alle weggeconcurreerd door MEA en Zaanland.
De Tweede Wereldoorlog was voor de busondernemingen een zeer moeilijke tijd. Bussen moesten rijden op kolengas. Er werden diensten onderhouden op bijvoorbeeld Hoogovens, waar veel Zaankanters werkten. In 1941 ging Zaanland op in de MEA. De garage Zaanland (Koog) werd na de oorlog geliquideerd. In 1953 werd de MEA overgenomen door de steeds sterker geworden Enhabo. Dit familiebedrijf uit Landsmeer kreeg hiermee het gehele Zaanse en een groot deel van het Waterlandse busnet in handen. In 1960 begon de Enhabo met de stadsdienst Zaandam, vanaf 1966 reden bussen van het bedrijf door de Coentunnel en vanaf 1969 door de IJ-tunnel. Het aandelenpakket van de Enhabo ging in 1969 over in handen van het Amsterdamse Gemeentelijke Vervoersbedrijf GVB, maar Enhabo bleef zelfstandig. In 1975 kreeg Zaanstad 20 % van het aandelenpakket in handen. Het bedrijf maakte in dat jaar meer belangrijke veranderingen door. De ongeveer 150 werknemers gingen, dankzij bijstand door de rijksoverheid, van de (minder gunstige streekvervoer-cao over naar de ARA (Ambtenaren Reglement Amsterdam).
Een tweede structurele wijziging was de invoering van het zone-tarief (nationale strippenkaart). Door groei van het aantal busdiensten voldeden het hoofdkantoor en de garage te Landsmeer niet meer. In oktober 1977 volgde de verhuizing naar de Zaandamse Achtersluispolder, waar voor f 6 m In . grotendeels geleend van de gemeente Amsterdam, een nieuwe garage en kantoren werden gebouwd. Tussen 1977, toen er 170 personeelsleden waren, en 1982 verdubbelde het aantal bussen en werknemers. Nadien bleef de onderneming groeien, maar de financiële situatie verslechterde. In 1985 werd de voorspelling gedaan dat de Enhabo, met name door strengere toepassing van de financieringsnormen in het streekvervoer, rekening moest houden met een jaarlijks tekort van f 5 miljon . op een begroting van f 25 miljoen. Dit tekort werd mede veroorzaakt door het zeer hoge ziekteverzuim, dat boven de 20 procent lag.
Vanaf 1988, de Enhabo had toen 66 Volvo-bussen in bedrijf, werd met de Haarlemse streekvervoerder NZH onderhandeld over overname. Het Enhabo-personeel keerde zich tegen de plannen, aangezien zij weer onder de minder gunstige streekvervoer-cao, zouden komen te vallen. Daarom wilde het personeel en de vakbonden het liefst een fusie met het GVB en werd er regelmatig gestaakt om de eisen kracht bij te zetten. Ook het GVB-personeel verklaarde zich solidair en staakte een aantal keren mee. De GVB-bussen reden toen met een sticker 'ENHABO hoort bij GVB en het kan'. Desondanks werd de overname doorgezet. Zaanstad en Amsterdam droegen hun aandelen voor f 100.000 over aan Verenigd Streekvervoer Nederland, de houdstermaatschappij van de NZH. Sinds 1 januari 1991 werken Enhabo en NZH samen. De nv Enhabo bleef wel bestaan als bedrijfsjuridische onderneming waarin de bussen en de panden zijn ondergebracht.
De Enhabo had eind 1990 240 personeelsleden in dienst, 68 bussen in bezit, jaarlijks zes miljoen betalende passagiers en een omzet van f 25 m In .
Ger Jan Onrust
Bronnen: P. Schrieken, N. den Broeder, R. Mooyman, A. Neuhaus.