Watermolens
Algemeen gebruikelijke, maar verwarrende naam voor de poldermolens die, ook in de Zaanstreek, voor het opmalen van water werden benut. De aanduiding watermolens wordt ter onderscheiding van de door wind aangedreven poldermolens, tegenwoordig echter bij voorkeur gebruikt voor de elders nog aanwezige, door stromend water aangedreven, maalwerktuigen. Desondanks worden de poldermolens in Noord-Holland meestal nog watermolens genoemd, een spraakverwarring die hier nogmaals wordt vastgesteld.
Afgezien van de vele weide-watermolensplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigWeide-watermolens
Kleine molens in het (Zaanse) weidegebied, die de afzonderlijke percelen grond min of meer droogmalen. De tussen de sloten in het slagenlandschap liggende 'landjes' zijn zeer laag omdijkt. De houten weidemolentjes behoren tot de familie der wipmolens. Ze hebben een staart van waaiervormig schotwerk, die het draaibare bovenhuis, met daaraan de wieken op de wind houdt. Voor het kruien is dus geen menselijke bediening nodig. Ze worden ten onrechte ook wel 'petmolens' genoemd, naa… zijn ter regeling van de waterhuishouding 27 grote poldermolens in de Zaanstreek in bedrijf geweest, te weten twee in Oostzaandamplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigOostzaandam
Voormalige naam van de bewoningsconcentratie ten oosten van de Zaan nabij de Dam, tot 1795 behorend tot de gemeente Oostzaan, tussen 1795 en 1811 min of meer een zelfstandige gemeente en sinds 1811 deel uitmakend van de stad Zaandam. Oostzaandam behoorde tot de, één in Zaandijk, twee in Westknollendam, vier in Wormer, twee in de Enge Wormerplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigEnge Wormer
Droogmakerij van een voormalig meer, ten zuiden van de gemeente Wormer. De naam, vroeger ook wel 'Kleine Wormer', ontstond tengevolge van de tegenstelling in oppervlakte met de Wijde Wormer, eveneens een droogmakerij. Meet de laatste, in 1626 drooggemalen en verkaveld, ruim 1513 hectare, de Enge Wormer heeft een oppervlakte van iets meer dan tien procent daarvan, namelijk ongeveer 158 hectare. De bodem van de Wijde Wormer ligt ook iets lager: 4.75 beneden N.A.P. tegenover de Enge Wo…, één in Krommenie, zeven in Assendelft, vier in Westzaan en vier in Oostzaan. In de Wijde Wormer telde men dertien poldermolens.
De Zaanse poldermolens waren alle bovenkruiers, met uitzondering van één wipmolen in de Oostzaandamse Achtersluispolderplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigAchtersluispolder
Polder, oorspronkelijk Sluispolder, gelegen buiten de Noorder IJ- en Zeedijk in Zaandam, het meest zuidelijke gebied van Zaanstad, aan drie zijden omgeven door Zijkanaal G, het Noordzeekanaal en Zijkanaal H. Vermoedelijk viel de Sluispolder rond de 13e eeuw, de tijd van de eerste omvangrijke bedijkingen, droog. De polder werd in de 16e eeuw ingedijkt. Weliswaar dateert de polder uit de Middeleeuwen maar was in die periode nooit bewoond of bebouwd. Ook industrie, in de vorm van…. Waarschijnlijk waren de Zaanse bovenkruiende poldermolens niet van het elders bekende specifiek Noordhollandse type der binnenkruiersplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigBinnenkruier
Molentype dat alleen in Noord-Holland voorkomt en dan nog uitsluitend als poldermolen. Bij de bovenkruiers, waartoe de binnenkruiers behoren, het in de Zaanstreek meest voorkomende molentype, wordt de kap met het wiekenkruis op de wind gedraaid met behulp van een krui-inrichting die zich buiten aan het molenlijf bevindt. Bij de binnenkruiers wordt het op de wind draaien echter binnen de molen geregeld door middel van een aan de onderbouw van de kap bevestigde windas met spaken. Daa…. Aparte vermelding verdient de grote Amerikaanse windmolen, die thans nog het water van de Kalverpolderplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigKalverpolder
Middeleeuwse polder in Zaandam, aan de oostkant van de Zaan en begrensd door de Enge Wormer, Wijde Wormer, Braaksloot,'t Kalf en de Poel.
De polder, waarin Haaldersbroek en de na de Tweede Wereldoorlog aangelegde Zaanse Schans zijn gelegen, heet officieel Halerbroek of Kalverpolder. Het ongeveer 200 hectare omvattende gebied is tot de jaren dertig van de 20e eeuw tamelijk geïsoleerd gebleven. Pas toen in 1936 de uit- en inlaat op de ringvaart van de Wijde Wormer zie ook: De Herculesplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigHercules
IJzeren Amerikaanse windmolen, windmotor met vijzel, in de Kalverpolder aan de ringvaart van de Wijde Wormer ten noorden van het Kalf. De Hercules reguleert als enige molen de waterstand van deze polder. De grote windmolen is onbemand, zelfrichtend, en werd in 1925 gebouwd als late vervanging van poldermolen. De enige andere nog werkende poldermolen in de Zaanstreek is De Woudaap, die de Krommenieër Woudpolderplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigWoudpolder, Krommenieër
Zie: Polder Het Woud bemaalt en die thans feitelijk op grondgebied van de gemeente Uitgeest staat.
Op de Zaanse Schansplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigZaanse Schans
Sinds de jaren vijftig van de 20e eeuw ontwikkeld buurtje met woningen en andere gebouwen, vrij toegankelijk en ontworpen om de ooit in de Zaanstreek ontstane bouwstijl en -trant voor de toekomst te behouden. De Zaanse Schans ontwikkelde zich aanvankelijk onbedoeld tot mondiaal bekende toeristische bestemming met jaarlijks bijna twee miljoen bezoekers in 2016. Het buurtje verrees in een hoek van de Kalverpolder, begrensd door Kalverringdijk en Leeghwaterweg. Het terrein heeft een … trekt De Hadel, deplugin-autotooltip__default plugin-autotooltip_bigHadel, de
Zie: Haal, de, een kleine wipmolen met een scheprad, de aandacht van de toeristen; dit in 1968 geplaatste, uit Midwoud afkomstige molentje zorgt voor enige doorstroming van het water in de Schans.
Dreven de poldermolens aanvankelijk algemeen een scheprad aan, in de loop der eeuwen zijn de schepraderen vrijwel algemeen vervangen door vijzels, waarmee het water tot grotere hoogte kon worden opgemalen. Was het polderpeil zeer veel lager dan dat van de ringvaart waarop het water moest worden uitgeslagen, dan was een molen onvoldoende en maakte men gebruik van een molengang, een combinatie van twee of drie molens die trapsgewijs het polderwater opvoerden. Van zo'n molengang was in de Zaanstreek echter nergens sprake. Stoom- en elektrische hebben de eerdere poldermolens in de streek vervangen.