Westzijde
Hoofdstraat te Zaandam-West, lopend van de Gedempte Gracht en de Dam in noordelijke richting en parallel aan de Zaan tot de grens met Koog ter hoogte van de Mallegatsluis. De Westzijde werd aangelegd op de Lagedijk en heette geruime tijd de Molenbuurt, naar de in 1439 opgerichte korenmolen De Ruyter die aan de Westzijde, bij het Ruyterveer stond. De Lagedijk werd vermoedelijk omstreeks 1300 aangelegd. Aanvankelijk was dit niet de meest aantrekkelijke vestigingsplaats nabij de Dam; van de 46 huizen te Westzaandam in 1543 stonden er slechts tien aan de Lagedijk.
Toen de Hogendijk niet meer voldoende vestigingsruimte bood werd ook de Westzijde volgebouwd; toen ook die vol was, ontstonden de paden het veld in. De oorspronkelijke bebouwing van de Westzijde was toen geheel verdwenen. In 1572 bezetten Spaanse troepen onder Hopman Van der Linden de Dam. Na plundering werden de huizen aan de Westzijde van de Zaan, zo'n 130 in getal, in brand gestoken. Daardoor ontstond vanaf de opgeworpen Schans aan de Westzijde, op de plaats van de latere Bullekerk een vrij schootsveld. Ook De Ruyter ging toen in vlammen op. Na de Spaanse tijd werden de woningen en molen weer opgebouwd.
Vanaf het midden van de 17e eeuw werd wel gesproken van de Fluwelen Westzijde, waarmee werd aangegeven dat met name welgestelden aan de dijk woonden. In 1857 werd besloten de wegsloot te dempen. In de 20e eeuw veranderde het karakter van de Westzijde; het zuidelijk deel werd gaandeweg steeds meer winkelstraat en het midden- en noordelijk deel veranderden door grotere industrie-vestigingen zoals het hoofdkantoor van Albert Heijn, Simon de Wit, Sabel, Verkade, Vetira, Op den Velde, de gasfabriek, Ensof,Pieter Bon, Havenhout, Orion, Hart & De Zwaan en Cacaofabriek Wilhelmina. Enkele Verkade-gebouwen zijn op de provinciale monumentenlijst geplaatst. Andere belangrijke en markante panden aan de Westzijde zijn de Bullekerk, de Vermaning Het Nieuwe Huis, de villa die ooit de Zienagoog en de Kamer van Koophandel huisvestte, de voormalige HBS waar ooit woninginrichter Schuijt was gevestigd, en een aantal bewaard gebleven historische woonhuizen.
Veelal toonaangevende, statige panden, met name vanaf de Dam tot de Vermaning verloren hun oorspronkelijk uiterlijk omwille van grootwinkelbedrijven die zich er vestigden.